Onvoldoende aanleiding een tuchtrechtelijk onderzoek te starten – herzieningsverzoek afgewezen Gepost op 18 oktober 2022 te 16:04.Geschreven door widadbiesbrouck TRB-2022-4646-AD t/m TRB-2022-4651-AD Algemeen directeur, 21 april 2022 TRB-2022-4646-HV t/m TRB-2022-4651-HV Voorzitter Tuchtcommissie, 20 juli 2022 Melders, handelend in hun hoedanigheid van curator, zijn van mening dat de bankmedewerkers bij de afwikkeling van een faillissement bewust en onterecht de bevindingen in een rapport tijdens de procedures die volgden op het faillissement verzwegen hebben. De Algemeen directeur doet geen nader onderzoek naar de melding. De Algemeen directeur oordeelt dat het advies van de advocaat van de banken, als specialist en advocaat, het bewuste rapport niet in de procedures in te brengen leidend was en dat de bankmedewerkers erop mochten vertrouwen dat de geadviseerde handelwijze verdedigbaar was. Verder is onvoldoende aannemelijk geworden dat de bankmedewerkers een rol hadden bij het innemen van stellingen in de procedure en jegens schuldeisers. Ook is volgens de Algemeen directeur onvoldoende aannemelijk geworden dat de bankmedewerkers de belangen van de overige schuldeisers onvoldoende hebben meegewogen, waarbij de Algemeen directeur heeft gewezen op de bijzondere positie van de afdeling bijzonder beheer van de banken. De melders zijn in herziening gegaan. De voorzitter van de Tuchtcommissie kan zich vinden in de beslissing van de Algemeen directeur en ziet onvoldoende aanleiding een tuchtrechtelijk onderzoek te starten. Zij voegt daaraan toe dat de vraag of het rapport ingebracht had moeten thuishoort in de civiele procedures tussen partijen en inmiddels ook in die civiele procedures is beantwoord. De bancaire tuchtprocedure leent zich niet voor het beantwoorden van vragen die in hoofdzaak verweven zijn met een weging van factoren in een andere procedure. Link naar de beslissingen van de Algemeen directeur: TRB-2022-4646-AD; TRB-2022-4647-AD; TRB-2022-4648-AD; TRB-2022-4649-AD; TRB-2022-4650-AD; TRB-2022-4651-AD. Link naar de beslissingen van de Voorzitter van de Tuchtcommissie: TRB-2022-4646-HV t/m TRB-2022-4651-HV.
Ongeoorloofd bekijken rekeninggegevens, schikking wegens bijzondere omstandigheden Gepost op 27 september 2022 te 09:30.Geschreven door olavwagenaar TRB-2022-4684-AD Algemeen Directeur, 17 augustus 2022 Beëdigde heeft zonder zakelijke aanleiding rekeninggegevens van klanten van de bank (onder andere haar buren) geraadpleegd. Dat is een forse schending van de privacy van deze klanten. Beëdigde heeft hiermee niet integer, onzorgvuldig en in strijd met de regels van de bank gehandeld. Vanwege bijzondere omstandigheden (de psychische gesteldheid van beëdigde) ziet de Algemeen Directeur af van een gang naar de tuchtrechter. De aan beëdigde aangeboden schikking in de vorm van een geldboete heeft beëdigde geaccepteerd. De naam van beëdigde is opgenomen in het register van Tuchtrecht Banken. Alleen de aangesloten banken kunnen het register raadplegen. De uitspraak vind je hier
Benodigde toestemming verhuur niet gevraagd Gepost op 23 augustus 2022 te 13:55.Geschreven door widadbiesbrouck TRB-2022-4768-AD Algemeen Directeur, 12 juli 2022 Volgens de hypotheekakte en de bijbehorende algemene voorwaarden had beëdigde voorafgaand aan de verhuur van zijn pand toestemming hiervoor aan de desbetreffende bank moeten vragen. Beëdigde heeft dat nagelaten, wat onzorgvuldig is geweest en daarmee tuchtrechtelijk verwijtbaar. Het niet melden van de nevenactiviteit aan de bank en het niet registreren van de nevenactiviteit in de banksystemen is in strijd met de regels van de bank. Ook dit is tuchtrechtelijk verwijtbaar. De door de Algemeen Directeur voorgestelde schikking in de vorm van een geldboete van € 50,- heeft beëdigde geaccepteerd. De naam van verweerder is opgenomen in het register van Tuchtrecht Banken. Alleen de aangesloten banken kunnen het register raadplegen.
Middelen bank gebruiken voor privézaken Gepost op 2 augustus 2022 te 14:29.Geschreven door widadbiesbrouck TRB-2022-4625-AD Algemeen Directeur, 23 juni 2022 Beëdigde heeft middelen van de bank gebruikt voor personen die geen klant van de bank waren. Verder heeft hij op onjuiste wijze maaltijden gedeclareerd. De Algemeen Directeur concludeert dat beëdigde hiermee de bankierseed heeft geschonden. De Algemeen Directeur heeft beëdigde een schikking aangeboden van € 150,-. Die schikking heeft beëdigde geaccepteerd. De naam van beëdigde is opgenomen in het register van Tuchtrecht Banken. Alleen de aangesloten banken kunnen het register raadplegen. De beslissing vind je hier.
Middelen bank gebruiken voor privézaken Gepost op 2 augustus 2022 te 14:26.Geschreven door widadbiesbrouck TRB-2022-4624-AD Algemeen Directeur, 16 juni 2022 Beëdigde heeft middelen van de bank gebruikt voor personen die geen klant van de bank waren. Verder heeft hij op onjuiste wijze maaltijden gedeclareerd. De Algemeen Directeur concludeert dat beëdigde hiermee de bankierseed heeft geschonden. De Algemeen Directeur heeft beëdigde een schikking aangeboden van € 250,-. Die schikking heeft beëdigde geaccepteerd. De naam van beëdigde is opgenomen in het register van Tuchtrecht Banken. Alleen de aangesloten banken kunnen het register raadplegen.
Melding onvoldoende onderbouwd Gepost op 2 augustus 2022 te 14:15.Geschreven door widadbiesbrouck TRB-2022-4638-AD Algemeen Directeur, 10 mei 2022 TRB-2022-4638-HV Herzieningsbeslissing, 15 juli 2022 De melding houdt in dat de bankmedewerker onethisch zou hebben gehandeld. De bankmedewerker was leidinggevende van melder en had volgens melder gezien zijn functie een zakelijk contact van de bank erop moeten wijzen dat diens bedrijf geen opdracht van de bank had gekregen en voor eigen rekening en risico bezig was. Ook had de bankmedewerker volgens melder voor hem moeten opkomen in het door de bank naar melder ingesteld onderzoek. De Algemeen Directeur heeft de melding afgewezen omdat melder onvoldoende heeft onderbouwd waarom de bankmedewerker had moeten ingrijpen. Verder was de bankmedewerker niet betrokken bij het onderzoek naar melder, zodat de Algemeen Directeur niet inziet dat de bankmedewerker van het uitblijven van hulp aan melder een tuchtrechtelijk verwijt zou kunnen worden gemaakt. Melder heeft om herziening van deze beslissing verzocht. De plaatsvervangend voorzitter van de Tuchtcommissie wijst het herzieningsverzoek af. De plaatsvervangend voorzitter ziet in wat melder schrijft onvoldoende onderbouwing dat de bankmedewerker verkeerde in een positie of bepaalde wetenschap had die maakt dat hij anders had moeten handelen dan hij kennelijk heeft gedaan. Zie hier de beslissing van de Algemeen Directeur. Zie hier de beslissing van de Voorzitter van de Tuchtcommissie.
Onvoldoende aannemelijk tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen Gepost op 2 augustus 2022 te 14:09.Geschreven door widadbiesbrouck TRB-2022-4632-AD Algemeen Directeur, 10 mei 2022 TRB-2022-4632-HV Herzieningsbeslissing, 15 juli 2022 De melding houdt in dat de bankmedewerker onethisch zou hebben gehandeld tijdens een door hem uitgevoerd onderzoek naar melder. De Algemeen Directeur heeft de melding afgewezen omdat er onvoldoende aanleiding is te veronderstellen dat de bankmedewerker bij het naar melder uitgevoerde onderzoek niet conform opdracht dan wel onzorgvuldig heeft gehandeld. Melder heeft om herziening van deze beslissing verzocht. De plaatsvervangend voorzitter van de Tuchtcommissie wijst het herzieningsverzoek af. De plaatsvervangend voorzitter is het met de Algemeen Directeur eens dat er onvoldoende aanwijzingen zijn die rechtvaardigen dat een tuchtrechtelijk onderzoek naar de bankmedewerker wordt gestart. Er is onvoldoende aanleiding te concluderen dat de bankmedewerker in de uitvoering van zijn werk mogelijk gedragsregels heeft geschonden. Zie hier de beslissing van de Algemeen Directeur. Zie hier de beslissing van de Voorzitter van de Tuchtcommissie.
Geen opdracht nader onderzoek door Algemeen Directeur Gepost op 2 augustus 2022 te 14:05.Geschreven door widadbiesbrouck TRB-2022-4631-AD Algemeen Directeur, 10 mei 2022 TRB-2022-4631-HV Herzieningsbeslissing, 15 juli 2022 De melding houdt in dat beëdigde tegen de onderzoeksafdeling van de bank niet heeft verklaard dat een collega een opdracht aan een bedrijf had verstrekt. Volgens verweerder was beëdigde daar blijkens een e-mail wel van op de hoogte. De Algemeen Directeur heeft geconstateerd dat melder en beëdigde met betrekking tot de genoemde e-mail lijnrecht tegenover elkaar staan. Melder en beëdigde hebben beiden een andere versie van deze e-mail overgelegd. Thans kan niet worden vastgesteld welke e-mail authentiek is. Dit betekent dat evenmin kan worden vastgesteld dat beëdigde een tuchtrechtelijk verwijt te maken valt. De Algemeen Directeur heeft de zaak daarom geseponeerd. Melder heeft om herziening van deze beslissing verzocht. De plaatsvervangend voorzitter van de Tuchtcommissie wijst het herzieningsverzoek af. De plaatsvervangend voorzitter zal de Algemeen Directeur niet opdragen nader onderzoek te doen. Het is onwaarschijnlijk dat enig onderzoek de duidelijkheid zal verschaffen die vereist is in een tuchtrechtelijke procedure. Zie hier de beslissing van de Algemeen Directeur. Zie hier de beslissing van de Voorzitter van de Tuchtcommissie.
Melding is onduidelijk over welk tuchtrechtelijk verwijt wordt gemaakt Gepost op 2 augustus 2022 te 13:39.Geschreven door widadbiesbrouck TRB-2022-4630-AD Algemeen Directeur, 10 mei 2022 TRB-2022-4630-HV Herzieningsbeslissing, 15 juli 2022 De melding houdt in dat de bankmedewerker buiten alle regels om een opdracht aan een bedrijf zou hebben verstrekt. De bank heeft vanwege die opdracht een onderzoek naar melder ingesteld. Volgens melder zou de bankmedewerker ten onrechte tijdens dit onderzoek buiten schot zijn gehouden. De Algemeen Directeur heeft de melding afgewezen, omdat uit de melding niet af te leiden valt welk tuchtrechtelijk verwijt de bankmedewerker kan worden gemaakt. Melder heeft om herziening van deze beslissing verzocht en daarbij verzocht dat nader onderzoek wordt gedaan naar de bankmedewerker. De plaatsvervangend voorzitter van de Tuchtcommissie wijst het herzieningsverzoek af. De plaatsvervangend voorzitter is het met de Algemeen Directeur eens dat niet duidelijk is geworden waarom sprake zou zijn van tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen door de bankmedewerker. De plaatsvervangend voorzitter zal de Algemeen Directeur niet opdragen nader onderzoek te doen. Het is onwaarschijnlijk dat enig onderzoek de duidelijkheid zal verschaffen die vereist is in een tuchtrechtelijke procedure. Zie hier de beslissing van de Algemeen Directeur. Zie hier de beslissing van de Voorzitter van de Tuchtcommissie.
Overtreding policy inzake aandelenhandel Gepost op 19 juli 2022 te 16:28.Geschreven door widadbiesbrouck TRB-2022-4755-AD Algemeen Directeur, 24 juni 2022 De policy is erop gericht handel met voorkennis en (de schijn van) belangenverstrengeling te voorkomen. De bankmedewerker heeft voor de aan- en verkoop van aandelen niet de benodigde toestemming gevraagd en heeft in een gesloten periode aandelen verkocht. Dat is tuchtrechtelijk verwijtbaar. Aannemelijk is dat de bankmedewerker te goeder trouw heeft gehandeld. Ook had hij geen toegang tot koersgevoelige informatie. Verder is de bankmedewerker slechts twee keer in de fout gegaan en heeft de bank de bankmedewerker een berisping opgelegd. Met al deze omstandigheden wordt rekening gehouden, wat resulteert in een boete van € 50,-. De naam van verweerder is opgenomen in het register van Tuchtrecht Banken. Alleen de aangesloten banken kunnen het register raadplegen.