Sanna Jordens toegetreden tot het bestuur Gepost op 8 november 2022 te 16:32.Geschreven door olavwagenaar Op 1 november j.l. is Sanna Jordens toegetreden tot het bestuur van de Stichting Tuchtrecht Banken. Sanna Jordens volgt Nicolet Jager op als penningmeester. Nicolet Jager was, vanaf de oprichting in april 2015, lid van het bestuur. Sanna Jordens is Group Manager Integrity & Compliance bij Royal De Heus. Sanna Jordens heeft gestudeerd aan de Haagse Hogeschool (Hogere Europese Beroepen Opleiding), met een specialisatie op het Europees politiek bestuurlijk vlak. Na afronding van de studie rechten aan de Universiteit van Leiden heeft Sanna haar focus gericht op het gedrag en de gedragsverandering binnen haar functies op het gebied van Integriteit en Compliance.
Jaarverslag 2021, koudwatervrees bij banken voor tuchtrecht Gepost op 5 oktober 2022 te 10:44.Geschreven door olavwagenaar Bankiers vrezen het bankentuchtrecht. Dit stelt Jerry Brouwer, Algemeen directeur bij Tuchtrecht Banken in het jaarverslag 2021 van Tuchtrecht Banken. Het bankentuchtrecht is onlosmakelijk verbonden aan de bankierseed. De bankierseed werd in 2015 op initiatief van de banken ingevoerd. De doelstelling was en is het vertrouwen in de banksector te verbeteren. Het bankentuchtrecht onderscheidt zich van andere tuchtstelsels, door het zelfreguleringsmechanisme. De bankinstellingen en de medewerkers staan open voor een beoordeling van de eigen gedragingen. Waarom dan toch koud watervrees? “Men lijkt te vrezen voor een vinkje achter de naam”, zegt Brouwer. “Dat vinkje bestempelt je dan als je niet-integer persoon. Kijken we naar de meldingen die bij Tuchtrecht Banken binnenkomen dan gaat het vrijwel altijd om schendingen van de Gedragscode. Denk daarbij aan rekeninggluren, fraude en of diefstal. Dit zijn evidente uitingen van niet-integer handelen. Bewuste handelingen waar terecht een tuchtmaatregel past. Het zijn handelingen waar ieder redelijk denkend mens van weet dat hij of zij die niet moet begaan”. “Anders wordt het’, zo vervolgt Brouwer,”als het gaat om gedragingen die niet evident duidelijk als niet-integer gezien moeten worden. Denk aan het niet professioneel handelen of een verkeerde gedraging maar die deels door omstandigheden gerechtvaardigd wordt. Het tuchtrecht ziet dus ook op ‘hoe hoort het eigenlijk’ en gaat niet louter over het keihard niet integer verklaren van personen; de zogenaamde zwarte gevallen. Dat we nog veel meer grijze gevallen willen en kunnen doen, erken ik direct”, zegt Brouwer. “Daar ligt ook de winst in termen van leereffect voor de sector én daarmee hopelijk ook het verminderen van de koud watervrees.” Het jaarverslag 2021 vind je hier.
Beroepsverbod voor bankier die deel van erfenis verduisterde Gepost op 6 september 2022 te 09:35.Geschreven door olavwagenaar Een voormalige bankmedewerker die, samen met een collega, onrechtmatig overboekingen heeft goedgekeurd van een bankrekening op naam van erfgenamen, mag anderhalf jaar niet werkzaam zijn in de bancaire sector. De bankmedewerker heeft onterecht een bedrag van € 13.000 ontvangen. Dit blijkt uit een uitspraak van de Tuchtcommissie Banken. Van een collega ontving de bankmedewerker het verzoek om overboekingen goed te keuren dan wel in te voeren vanaf een rekening op naam van erfgenamen. Het ging om grote bedragen en de erfgenamen hadden hiervoor geen toestemming gegeven. Door de overboekingen van de ervenrekening kwam het geld op een rekening van een derde, die een bekende was van de bankmedewerker en zijn collega. Vanaf de rekening van deze derde ontving de bankmedewerker € 13.000. De bankmedewerker heeft erkend dat hij verkeerd heeft gehandeld door de onrechtmatige overboekingen niet te melden bij de bank. Ook heeft hij er spijt van dat hij is meegegaan met het plan van zijn collega om geld te verduisteren. De Tuchtcommissie beschouwt de verduistering van de forse bedragen als een ernstige schending van de gedragsregels van de Bankierseed. Twee andere voormalige bankmedewerksters krijgen een beroepsverbod voor “rekeninggluren”. Zij keken zonder goede reden naar vertrouwelijke rekeninginformatie van familie, vrienden en collega’s. Toen de bank dit ontdekte, verloren zij hun baan. De Tuchtcommissie heeft bepaald dat zij een maand respectievelijk twee maanden niet in de bancaire sector mogen werken. Het persbericht vind je hier. De uitspraken: TRB-2022-4582-TC, TRB-2022-4652-TC en TRB-2022-4591-TC.
Tuchtcommissie: beloningsvoorstel bank droeg niet bij aan vertrouwen, maar was niet in strijd met Bankierseed Gepost op 8 augustus 2022 te 11:00.Geschreven door olavwagenaar De Tuchtcommissie Banken heeft de tuchtklachten tegen drie personen die de bankierseed hebben afgelegd ongegrond verklaard. De klachten gingen over het voorstel om in 2018 de beloning van de bestuursvoorzitter (inclusief bonus) met ongeveer 50% te verhogen, tot iets meer dan 3 miljoen euro per jaar. De Tuchtcommissie oordeelt dat de beëdigden niet in strijd hebben gehandeld met de gedragsregels van de Bankierseed. Wel is de Tuchtcommissie het met de aanklager van de Stichting Tuchtrecht Banken eens dat het beloningsvoorstel niet heeft bijgedragen aan het maatschappelijke vertrouwen in de bankensector. Het persbericht waarin het beloningsvoorstel werd aangekondigd, veroorzaakte destijds in Nederland veel ophef en afkeuring. De raad van commissarissen trok het voorstel daarna binnen een paar dagen weer in. Volgens de aanklager hebben de beëdigden bij het voorstel om het salaris van de bestuursvoorzitter substantieel te verhogen, niet de moreel-ethische afweging gemaakt die de Bankierseed van hen vraagt. De aanklager vroeg om een beroepsverbod van twee jaar voor twee van de beëdigden en een voorwaardelijk beroepsverbod van één jaar voor de derde beëdigde. De Tuchtcommissie oordeelt anders. Zij signaleert dat er een spanningsveld is tussen enerzijds de kritische houding in de samenleving tegenover hoge beloningen voor bankiers, en anderzijds de internationale praktijk, waarin aan bankiers op topposities soms hoge beloningen worden betaald. Volgens de Tuchtcommissie is het eerst en vooral aan de bank om in dit spanningsveld een passende beloning vast te stellen. De Tuchtcommissie kan slechts beoordelen of de beëdigden bij de totstandkoming van het beloningsvoorstel de gedragsregels voor bankiers hebben nageleefd, waaronder de vraag of zij hun taak integer en zorgvuldig hebben uitgevoerd. Volgens de Tuchtcommissie is dat het geval geweest. Het was de taak en verantwoordelijkheid van de raad van commissarissen om het salaris van de bestuursvoorzitter vast te stellen. Al in 2010 was binnen de bank beleid gemaakt voor de manier waarop dat salaris moest worden vastgesteld. Op basis van dit beleid gold dat voor het salaris werd gekeken naar beloningen voor vergelijkbare functies binnen ondernemingen in de Euro Stoxx 50. Dat beleid was echter voor de bestuursvoorzitter nooit uitgevoerd. De raad van commissarissen wilde met de salarisverhoging bereiken dat het salaris van de bestuursvoorzitter naar internationale maatstaven meer marktconform zou worden. Dit moest ervoor zorgen dat de bank ook in de toekomst internationaal, geschikte bestuursvoorzitters zou kunnen aantrekken om de continuïteit van het bestuur van de bank te waarborgen. In 2018 vonden de commissarissen de tijd rijp om het beloningsbeleid uit te gaan voeren. Onder andere door de staatssteun die de bank tijdens de financiële crisis had gekregen en die inmiddels al een paar jaar geheel was terugbetaald, was dat in jaren daarvoor nog niet gedaan. De Tuchtcommissie ziet in de notulen van de vergaderingen van de commissarissen terug dat de commissarissen bij het salarisvoorstel niet alleen hebben gekeken naar het belang van de bank om in de toekomst een geschikte bestuursvoorzitter te kunnen aantrekken. De commissarissen hebben ook onderkend en meegewogen dat het voorstel publiekelijke ophef zou veroorzaken. Zij hebben besloten dat in 2018 het belang van de bank zwaarder woog en hebben daaraan voorrang gegeven. Die keuze kan volgens de Tuchtcommissie niet als onzorgvuldig of niet integer worden gezien. Uit de ophef die is ontstaan, en het feit dat het voorstel een paar dagen later weer is ingetrokken, blijkt dat de commissarissen de maatschappelijke weerstand tegen hun voorstel hebben onderschat. Dat sprake is geweest van meer dan een inschattingsfout van de omvang van de maatschappelijk verontwaardiging, heeft de Tuchtcommissie niet kunnen vaststellen. Het is niet gebleken dat tuchtrechtelijk verwijtbaar is gehandeld. Eén van de drie beëdigden was niet zelf verantwoordelijk voor het beloningsvoorstel. De procedure schreef wel voor dat de commissarissen hem zijn visie over het voorstel vroegen. De beëdigde heeft verklaard dat hij zich in die gesprekken terughoudend heeft opgesteld omdat het om zijn eigen beloning ging en hij (de schijn van) belangenverstrengeling wilde voorkomen. Die keuze getuigt volgens de Tuchtcommissie op zichzelf van een zorgvuldige afweging van belangen. Volgens de Tuchtcommissie was er, gelet op het beleid van de bank, geen reden voor de beëdigde om zich in dit geval tegen het voorstel te keren. De Tuchtcommissie is het wel met de aanklager eens dat het voorstel voor de salarisverhoging niet heeft bijgedragen aan het vertrouwen van de samenleving in de bancaire sector. De forse verhoging van de beloning van de bestuursvoorzitter heeft bijgedragen aan het beeld dat de eigen beloning de boventoon voert bij het handelen van bankiers. De ontstane ophef valt volgens de Tuchtcommissie dan ook zeer te betreuren. Van de individuele gedragingen van de drie beëdigden kan niet worden geoordeeld dat deze in strijd zijn met de gedragsregels. De Tuchtcommissie vindt daarom dat ook de gedragsregel die voorschrijft dat beëdigden bijdragen aan het vertrouwen van de samenleving in de bancaire sector niet is geschonden. De Tuchtcommissie komt tot de slotsom dat de tuchtklachten ongegrond zijn. De aanklager kan binnen één maand beroep aantekenen. Als beroep wordt ingesteld, worden de tuchtklachten beoordeeld door de Commissie van Beroep. Het persbericht vind je hier. De uitspraken vind je hier: TRB-2022-3935-TC TRB-2022-3943-TC TRB-2022-4006-TC
Nieuw logo voor Tuchtrecht Banken Gepost op 12 juli 2022 te 11:52.Geschreven door olavwagenaar Tuchtrecht Banken, opgericht in 2015, heeft vanaf vandaag een nieuw fris logo. Het logo opgebouwd uit de gestileerde letters trb met daaraan toegevoegd de naam tuchtrecht banken, staat voor vertrouwen, neutraliteit en openheid. ‘Het is een trendbreuk met het oude logo dat door de harde kleuren en het lettertype veel meer een onwrikbaar bastion uitbeeldde’, aldus Jerry Brouwer algemeen directeur bij Tuchtrecht Banken. ‘Dit nieuwe logo met daaraan gekoppeld de nieuwe huisstijl laat zien waar Tuchtrecht Banken voor staat en past bij onze ambitie. Daarbij biedt het logo creatieve oplossingen om onderscheid te maken tussen enerzijds het bureau en het stichtingsbestuur en anderzijds de onafhankelijke commissies’, zegt Brouwer. De website www.tuchtrechtbanken.nl is inmiddels aangepast aan de nieuwe huisstijl. In de komende maanden zal de huisstijl verder worden doorgevoerd. Thomas Schreuder van Muus&Co, heeft het logo ontworpen, hij begeleidt Tuchtrecht Banken bij de verdere ontwikkeling en uitwerking van de huisstijl. Tuchtrecht Banken heeft er voor gekozen het drukwerk te laten verzorgen door SpringerUit Drukwerk, een maatschappelijk betrokken drukker die samenwerkt met bewoners van zorginstelling Scorlewald in Schoorl. Tuchtrecht Banken is verantwoordelijk voor de uitvoering van het tuchtrecht in de bankensector, als onderdeel van de wettelijk verankerde bankierseed. Het tuchtrecht is bedoeld om de kwaliteit van de beroepsuitoefening te bevorderen en te bewaken. De onafhankelijke Tuchtcommissie en de Commissie van Beroep (in hoger beroep) geven toepassing aan de Gedragscode en laten in hun uitspraken zien of bepaald gedrag tuchtrechtelijk wel of niet toelaatbaar is.
Bankmedewerker mocht wisselbeleid niet omzeilen Gepost op 28 juni 2022 te 10:30.Geschreven door olavwagenaar Als een bank niet wil dat grotere bankbiljetten worden gewisseld naar kleinere bankbiljetten, mag een medewerker dit beleid niet omzeilen door aan klanten een klein geldbedrag in vreemde valuta te verkopen. Dit blijkt uit een uitspraak van de Tuchtcommissie Banken. Een medewerkster die ruim 18 jaar bij een bank werkte, kreeg een klant aan de balie die een eurobiljet van 500 euro wilde wisselen naar kleinere eurobiljetten. Zij vertelde dat dit niet mogelijk was. Ze stelde voor om met hetzelfde biljet een Amerikaanse dollar te kopen en betaalde vervolgens het wisselgeld in kleinere eurobiljetten uit. Bij een andere klant deed zij hetzelfde met een biljet van 200 euro. Toen zij dit aan haar leidinggevende vertelde, werd zij erop gewezen dat dit in strijd was met het beleid van de bank. Een half jaar later werd de arbeidsovereenkomst op verzoek van de bank zonder transitievergoeding ontbonden. De Tuchtcommissie stelt vast dat de vrouw bewust de regels van de bank omzeilde. Zij overtrad daarmee de gedragsregels van de bankierseed, ook al was het haar bedoeling om klanten te helpen. Aan de oud-medewerkster wordt geen tuchtrechtelijke maatregel opgelegd, hoewel de algemeen directeur van de Tuchtrecht Banken een berisping voorstelde. De Tuchtcommissie wijst erop dat de klacht gebaseerd was op slechts twee incidenten. Ook sluit zij niet uit dat de communicatie van de bank over het nieuwe wisselbeleid verschillend door bankmedewerkers is geïnterpreteerd. De Tuchtcommissie weegt mee dat van kwade bedoelingen niet is gebleken en dat de vrouw nadelige gevolgen heeft ondervonden. Daarom ziet de Tuchtcommissie geen aanleiding ook nog een tuchtrechtelijke maatregel op te leggen. Over Tuchtrecht Banken Sinds 1 april 2015 moet iedereen die voor een bank werkt de bankierseed afleggen. Bij deze eed hoort een Gedragscode. Via de bankierseed en de Gedragscode zijn alle ongeveer 66.000 bankmedewerkers in Nederland gebonden aan het tuchtrecht. Als een medewerker zich niet aan de gedragsregels houdt, kan daarvan een melding worden gemaakt bij Tuchtrecht Banken. De aanklager van Tuchtrecht Banken onderzoekt of een bankmedewerker de code heeft geschonden. Hij kan klachten voorleggen aan de onafhankelijke Tuchtcommissie, bestaande uit deskundigen en juristen. Tegen het oordeel van de Tuchtcommissie is beroep mogelijk bij de Commissie van Beroep. Tuchtrecht Banken beheert ook het tuchtregister, waarin de namen worden opgenomen van bankmedewerkers die een sanctie kregen opgelegd. Link naar de uitspraak. Het persbericht vind je hier.
Na taakstraf nu ook beroepsverbod voor stelende bankmedewerker Gepost op 23 juni 2022 te 10:42.Geschreven door olavwagenaar Een bankmedewerker die veroordeeld is tot een taakstraf, ontkomt daarmee niet aan een beroepsverbod als hij ook de bankierseed heeft overtreden. Een man werkte via een uitzendbureau voor een bank en maakte een klantvergoeding van 2100 euro over naar de rekening van een vriend, met wie hij het geld zou delen. Er was geen reden om deze vergoeding te betalen. Nadat de bank aangifte deed van valsheid in geschrifte, oplichting en heling, legde de strafrechter hem een taakstraf op van 32 uur. De algemeen directeur van Tuchtrecht Banken vroeg om een beroepsverbod van 9 maanden, maar de Tuchtcommissie beperkt dit tot 6 maanden. Zij weegt daarbij mee dat de voormalige bankemployé strafrechtelijk is veroordeeld, inmiddels een deel van het bedrag heeft terugbetaald en spijt heeft betuigd. Twee andere voormalige bankmedewerkers mogen een jaar niet in de bancaire sector werken omdat zij geld overmaakten naar zichzelf. In het ene geval ging het om ruim 3500 euro, in het andere om 2500 euro. Ook zij krijgen het beroepsverbod wegens overtreding van de bankierseed, waarin zij beloofden integer te handelen. Over Tuchtrecht Banken Sinds 1 april 2015 moet iedereen die voor een bank werkt de Bankierseed afleggen. Bij deze eed hoort een Gedragscode. Via de bankierseed en de Gedragscode zijn alle ongeveer 66.000 bankmedewerkers in Nederland gebonden aan het tuchtrecht. Als een medewerker zich niet aan de gedragsregels houdt, kan daarvan een melding worden gemaakt bij Tuchtrecht Banken. De aanklager van Tuchtrecht Banken onderzoekt of een bankmedewerker de code heeft geschonden. Hij kan klachten voorleggen aan de onafhankelijke Tuchtcommissie, bestaande uit deskundigen en juristen. Tegen het oordeel van de Tuchtcommissie is beroep mogelijk bij de Commissie van Beroep. Tuchtrecht Banken beheert ook het tuchtregister, waarin de namen worden opgenomen van bankmedewerkers die een sanctie kregen opgelegd. De uitspraken vind je hier: beroepsverbod naast taakstraf geld overgemaakt aan zichzelf tussenbeslissing(1) geld overgemaakt aan zichzelf uitspraak (1) geld overgemaakt aan zichzelf (2) Het persbericht vind je hier.
Rekeninggluren taboe voor bankmedewerkers Gepost op 31 mei 2022 te 09:24.Geschreven door olavwagenaar Medewerkers van banken mogen niet zomaar rekeninggegevens van klanten bekijken, ook niet van familie en zelfs niet van een familielid dat er zelf om heeft gevraagd. De Tuchtcommissie Banken heeft opnieuw beroepsverboden opgelegd voor dit zogenaamde ‘rekeninggluren’. Twee voormalige bankmedewerksters mogen tijdelijk niet in de bancaire sector werken omdat zij bij de bank rekeningen raadpleegden zonder daarvoor een zakelijke reden te hebben. Zij overtraden daarmee de Bankierseed en schaadden het vertrouwen van de samenleving in banken. De Tuchtcommissie wijst erop dat de financiën van klanten veel informatie prijsgeven over hun persoonlijke leven en daarmee uiterst privacygevoelig zijn. De ene ex-medewerkster mag twee maanden niet in de bancaire sector werken, de andere drie maanden. Zij bekeek veel informatie van tien klanten en deelde die informatie waarschijnlijk met familieleden. ‘Het handelen van verweerster was structureel en intensief.’ De Tuchtcommissie legt ook een beroepsverbod van drie maanden op aan een ex-medewerker die vertrouwelijke gegevens op een USB-stick zette en mee naar huis nam. Nadat hij de data van de USB-stick kopieerde naar zijn laptop, kwamen ze via de server enkele dagen vrij beschikbaar op internet. De aanklager van Tuchtrecht Banken vroeg om een beroepsverbod van 6 maanden. De Tuchtcommissie beperkt het verbod tot drie maanden; het was niet de bedoeling geweest van de ex-medewerker dat de informatie openbaar werd en hij toonde een “doorleefd gevoel van spijt”. De uitspraken vind je hier: TRB-2022-4587-TC TRB-2022-4590-TC TRB-2022-4661-TC Link naar het persbericht.
Benoeming voorzitter Commissie van Beroep Tuchtrecht Banken Gepost op 12 mei 2022 te 10:28.Geschreven door olavwagenaar Het bestuur van de Stichting Tuchtrecht Banken heeft mr. Tjeerd Zuidema benoemd als voorzitter van de Commissie van Beroep. Tjeerd Zuidema volgt per 11 mei 2022 mr. Hans Hofhuis op. Hans Hofhuis was sinds de oprichting in 2015 voorzitter van de Commissie van Beroep. Omdat zijn zittingstermijn is verstreken, is er gezocht naar een opvolger. Het bestuur heeft Tjeerd Zuidema benoemd als zijn opvolger. Rick Verschoof, voorzitter Stichting Tuchtrecht Banken is verheugd met de benoeming van Tjeerd Zuidema tot voorzitter van de Commissie van Beroep. “Hoewel Tjeerd Zuidema nog niet lang lid is van de Commissie van Beroep, heeft hij elders in het tuchtrecht zeer uitgebreide ervaring. Zo is hij voorzitter van het Hof van Discipline (advocatentuchtrecht), plaatsvervangend voorzitter van het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven en plaatsvervangend voorzitter van de Kamer voor het Notariaat in het ressort ’s-Hertogenbosch, naast lidmaatschappen van diverse klachtencommissies. Zijn hoofdfunctie is die van rechter in de Rechtbank Oost-Brabant” “In Tjeerd Zuidema hebben we niet alleen een kundig voorzitter bij het behandelen van beroepszaken, maar ook een voorzitter die los van de zaaksbehandeling zal kunnen bijdragen aan de verdere ontwikkeling van het bankentuchtrecht”. Het bestuur bedankt Hans Hofhuis heel hartelijk voor zijn jarenlange inzet vanaf het begin van de gelding van het bankentuchtrecht. Tuchtrecht Banken is verantwoordelijk voor de uitvoering van het tuchtrecht in de bankensector, als onderdeel van de wettelijk verankerde bankierseed. Het tuchtrecht is bedoeld om de kwaliteit van de beroepsuitoefening te bevorderen en te bewaken. De onafhankelijke Tuchtcommissie en de Commissie van Beroep (in hoger beroep) geven toepassing aan de Gedragscode en laten in hun uitspraken zien of bepaald gedrag tuchtrechtelijk wel of niet toelaatbaar is. Persbericht benoeming Tjeerd Zuidema tot voorzitter Commissie van Beroep
Jurist binnen bank heeft vrijheid om te adviseren Gepost op 13 april 2022 te 09:31.Geschreven door olavwagenaar Het tuchtrecht is er niet om adviezen van interne juristen van een bank te toetsen. Dit blijkt uit een uitspraak van de Tuchtcommissie Banken. Juridische adviseurs beschikken over ‘een zekere mate van vrijheid’; alleen in bijzondere gevallen kan via het tuchtrecht worden beoordeeld of hun adviezen juist en begrijpelijk zijn. De zaak draait om een schikking die een bank trof met de huurder van een failliet bedrijf. Het failliete bedrijf had een schuld bij de bank en door de schikking kreeg de bank een deel van de huurinkomsten. Daarover werd de curator van het failliete bedrijf niet vooraf geïnformeerd. De Tuchtcommissie stelde in 2021 al vast dat de medewerker die de schikking trof niets te verwijten viel. Hij mocht vertrouwen op experts en op zijn leidinggevende, die akkoord gingen met de schikking. Ook de jurist, werkzaam bij de bank, die het advies gaf om de curator niet eerder te informeren, gaat nu tuchtrechtelijk vrijuit. De directeur van Tuchtrecht Banken vond na eigen onderzoek dat de bankmedewerker een berisping moest krijgen, maar de Tuchtcommissie is het daarmee niet eens. Zij wijst erop dat een bank er zelf belang bij heeft dat een interne jurist enige vrijheid heeft bij het adviseren over de juridische en strategische opstelling. Het is niet aan de tuchtrechter om die adviezen te toetsen, bijzondere gevallen daargelaten. De Tuchtcommissie heeft wel een tuchtrechtelijke maatregel opgelegd voor “rekeninggluren”. Een voormalig medewerkster bekeek uit nieuwsgierigheid transactiegegevens van collega’s en van klanten uit haar eigen postcodegebied. In een jaar raadpleegde zij meer dan 10.000 keer een rekening, waarvan 161 keer van collega’s en haarzelf. Omdat ze spijt heeft betuigd, matigt de Tuchtcommissie het beroepsverbod tot 3 maanden. Een voormalige hoge bankemployé mag 6 maanden niet in de bancaire sector werken. Hij diende declaraties in voor zakelijke kilometers die hij niet had gereden: naar kantoorlocaties die gesloten bleken te zijn en naar plaatsen waar hij volgens de toegangscontrole niet was geweest. Ook declareerde hij kosten voor kilometers terwijl hij in het buitenland verbleef. De Tuchtcommissie legt een beroepsverbod van een half jaar op, ook omdat hij zelf het kwalijke van zijn handelen niet inzag en zich niet open en eerlijk opstelde. De uitspraken vind je hier: TRB-2022-4542-TC advies jurist TRB-2022-4599-TC raadplegen rekening zonder zakelijke aanleiding TRB-2022-4426-TC onterecht declareren kilometers