Kopiëren handtekeningen klanten: 2 beroepsverboden Gepost op 26 juni 2019 te 00:00.Geschreven door StuurluiDevelopment TRB-2019-3728-TC en TRB-2019-3731-TC Tuchtcommissie 26 juni 2019 Op 26 juni 2019 heeft de Tuchtcommissie uitspraak gedaan in 2 soortgelijke zaken, waarin – kort samengevat – verweerders handtekeningen van klanten hebben gekopieerd. Deze uitspraken maken onderdeel uit van een groter aantal zaken waarin hetzelfde was voorgevallen en waarin de Tuchtcommissie reeds eerder (op 17 augustus 2018, op 3 april 2019 en op 1 mei 2019) uitspraak heeft gedaan. Verweerders hebben handtekeningen van klanten onder herstelde hypotheekadviezen gekopieerd. De Tuchtcommissie acht de hierover ingediende klachten gegrond. Het kopiëren van één of meerdere handtekeningen van klanten kwalificeert als niet integer werken, is in strijd met de wet en andere regels die voor het werk bij de bank gelden, en schaadt het vertrouwen van de samenleving in de bank. De Tuchtcommissie acht slechts een tijdelijk beroepsverbod een passende maatregel. In beginsel zou een beroepsverbod voor de duur van drie maanden passend zijn. In verband met de bijzondere omstandigheden waaronder de gedragingen hebben plaatsgevonden, wordt afgeweken van dit uitgangspunt en wordt aan verweerders een beroepsverbod van kortere duur opgelegd. In beide zaken wordt aan verweerders een beroepsverbod van 4 weken opgelegd. De namen van de verweerders worden, na onherroepelijk worden van de beslissing, opgenomen in het register van Stichting Tuchtrecht Banken. Dit register is in te zien voor de aangesloten banken. Download hier de volledige uitspraken: TRB-2019-3728-TC en TRB-2019-3731-TC
Valse brief in civiele procedure; beroepsverbod Gepost op 26 juni 2019 te 00:00.Geschreven door StuurluiDevelopment TRB-2019-3952-TC Tuchtcommissie, 26 juni 2019 De Algemeen directeur heeft een klacht bestaande uit twee klachtonderdelen aan de Tuchtcommissie voorgelegd. De Tuchtcommissie acht het eerste klachtonderdeel gegrond en het tweede klachtonderdeel ongegrond. Klachtonderdeel A Verweerder is (mede) verantwoordelijk voor het overleggen van een valse brief van de bank in een civiele procedure. In deze aan verweerder gerichte brief wordt in strijd met de waarheid gesteld dat een hypotheekgesprek met verweerder heeft plaatsgevonden en dat de situatie van verweerder het advies rechtvaardigt niet tot het aanvragen van een hypotheek over te gaan. Dit gesprek heeft nimmer plaatsgevonden. Dat de brief door de advocaat van verweerder of door zijn partner zou zijn opgesteld en overgelegd acht de Tuchtcommissie onaannemelijk. De Tuchtcommissie acht het voor eigen gewin (doen) indienen van een valse brief in een gerechtelijke procedure verre van integer. Verweerder heeft geen openheid willen betrachten over de vraag hoe de brief tot stand is gekomen en in het geding is gebracht en wie daarbij betrokken is geweest. Verweerder heeft daarmee in strijd gehandeld met gedragsregels 1 en 6. Klachtonderdeel B Verweerder wordt verweten dat hij zonder afstemming met een leidinggevende significant meer uren heeft gedeclareerd dan contractueel was toegestaan. De Tuchtcommissie kan uit de stukken niet zonder meer afleiden dat het verweerder contractueel niet was toegestaan gewerkte overuren te declareren. Ervan uitgaande dat het overwerk is verricht, resteert een verschil van inzicht tussen de bank en verweerder over de gemaakte afspraken over de verrichten werkzaamheden, de betaling daarvan en de uitleg van die afspraken. Dat verschil van inzicht is onvoldoende om een tuchtrechtelijk verwijt aan verweerder te rechtvaardigen. De Tuchtcommissie acht dit klachtonderdeel ongegrond. De maatregel De Tuchtcommissie legt aan verweerder (voor het eerste klachtonderdeel) een beroepsverbod op voor de duur van 6 maanden. De Tuchtcommissie wijst daarbij onder meer op de ernst van de gedraging van verweerder en de omstandigheid dat hij geen (voldoende) opening van zaken heeft gegeven. De naam van verweerder wordt, na onherroepelijk worden van de beslissing, opgenomen in het register van Stichting Tuchtrecht Banken. Dit register is in te zien voor de aangesloten banken. Download hier de beslissing: TRB-2019-3952-TC
Aanpassen limieten op eigen rekeningen; beroepsverbod Gepost op 26 juni 2019 te 00:00.Geschreven door StuurluiDevelopment TRB-2019-3954-TC Tuchtcommissie, 26 juni 2019 Verweerster heeft limieten geplaatst en verhoogd op bankrekeningen van zichzelf en/of haar echtgenoot. De Tuchtcommissie concludeert dat deze mutaties door verweerster zelf zijn verricht in het interne systeem van de bank. Uit interne regels van de bank volgt dat een bankmedewerker geen eigen bankzaken mag behandelen. Dit is vanuit het oogpunt van het voorkomen van misbruik en belangenverstrengeling volstrekt begrijpelijk. Het handelen van verweerster kwalificeert niet als integer werken. Verweerster heeft gedragsregels 1 en 4 geschonden. De Tuchtcommissie legt aan verweerster een beroepsverbod op voor de duur van 3 maanden. De naam van verweerster wordt, na onherroepelijk worden van de beslissing, opgenomen in het register van Stichting Tuchtrecht Banken. Dit register is in te zien voor de aangesloten banken. Download hier de beslissing: TRB-2019-3954-TC
Weigering medewerking aan onderzoek bank; beroepsverbod Gepost op 26 juni 2019 te 00:00.Geschreven door StuurluiDevelopment TRB-2019-3970-TC Tuchtcommissie, 27 juni 2019 Na een intern onderzoek van de bank bestonden zeer serieuze aanwijzingen dat verweerder betrokken was bij fraude binnen de bank, waarbij onder meer een klant voor € 20.000 was benadeeld. Uit het onderzoek van de bank kwam naar voren dat van alle potentieel betrokken bankmedewerkers, uitsluitend verweerder in de gelegenheid was geweest om het geheel aan handelingen van de fraude te kunnen hebben verricht. Verweerder is door de bank geconfronteerd met deze onderzoeksbevindingen. Hem is gevraagd om met zijn mobiele telefoon in te (laten) loggen op de mobiel bankieren app van de bank. Verweerder heeft medewerking daaraan geweigerd. De Tuchtcommissie oordeelt dat het voor verweerder duidelijk moet zijn geweest wat het belang was van het verkrijgen van duidelijkheid over de door verweerder gebruikte mobiele telefoon. Dit was mogelijk door het inloggen op de mobiel bankieren app. Deze handeling is eenvoudig van aard en impliceert slechts een geringe inbreuk op de privacy van verweerder. Van verweerder kon worden gevergd opening van zaken te geven, ook door in te (laten) loggen op de mobiel bankieren app. Door medewerking te weigeren heeft verweerder zich niet open en toetsbaar opgesteld, heeft hij het vertrouwen van de samenleving in de bank geschaad en zich niet integer gedragen. Verweerder heeft in strijd gehandeld met gedragsregels 1, 6 en 7. De Tuchtcommissie legt aan verweerder een beroepsverbod op voor de duur van 6 maanden. De naam van verweerder wordt, na onherroepelijk worden van de beslissing, opgenomen in het register van Stichting Tuchtrecht Banken. Dit register is in te zien voor de aangesloten banken. Download hier de beslissing: TRB-2019-3970-TC
Voorwenden behalen diploma’s; beroepsverbod Gepost op 1 mei 2019 te 00:00.Geschreven door StuurluiDevelopment TRB-2019-3878-TC Tuchtcommissie Banken, 1 mei 2019 Verweerder heeft binnen de bank voorgewend dat hij voor de uitoefening van zijn functie noodzakelijke (Wft-) diploma’s had behaald. Verweerder heeft niet naar waarheid verklaard tegenover zijn leidinggevende en heeft een e-mail vervalst. Verweerder heeft daarmee niet integer gehandeld en zich niet gehouden aan de regels die voor het werk bij de bank gelden. Het doet afbreuk aan het vertrouwen van klanten in de kennis en kunde van bankmedewerkers. Verweerder heeft daarmee in strijd gehandeld met gedragsregels 1, 4 en 7. De klacht is in zoverre gegrond. Dat verweerder werkzaamheden voor klanten heeft uitgevoerd waartoe hij (zonder de vereiste diploma’s) niet bevoegd was, is onvoldoende gebleken. Het klachtonderdeel dat daarop betrekking heeft (gedragsregel 3: centraal stellen klantbelang), is daarom ongegrond. De Tuchtcommissie legt een beroepsverbod voor de duur van 9 maanden op. De naam van verweerder wordt, na onherroepelijk worden van de beslissing, opgenomen in het register van Stichting Tuchtrecht Banken. Dit register is in te zien voor de aangesloten banken. Download hier de volledige uitspraak: TRB-2019-3878-TC
Kopiëren handtekeningen klanten: 3 beroepsverboden Gepost op 1 mei 2019 te 00:00.Geschreven door StuurluiDevelopment TRB-2019-3757-TC, TRB-2019-3758-TC en TRB-2019-3790-TC Tuchtcommissie Banken, 1 mei 2019 Op 1 mei 2019 heeft de Tuchtcommissie uitspraak gedaan in 3 soortgelijke zaken, waarin – kort samengevat – verweerders handtekeningen van klanten hebben gekopieerd. Deze uitspraken maken onderdeel uit van een veel groter aantal zaken waarin hetzelfde was voorgevallen en waarin de Tuchtcommissie reeds eerder (op 17 augustus 2018 en op 3 april 2019) uitspraak heeft gedaan. Verweerders hebben handtekeningen van klanten onder herstelde hypotheekadviezen gekopieerd. De Tuchtcommissie acht de hierover ingediende klachten gegrond. Het kopiëren van één of meerdere handtekeningen van klanten kwalificeert als niet integer werken, is in strijd met de wet en andere regels die voor het werk bij de bank gelden, en schaadt het vertrouwen van de samenleving in de bank. De Tuchtcommissie acht slechts een tijdelijk beroepsverbod een passende maatregel. In beginsel zou een beroepsverbod voor de duur van drie maanden passend zijn. In verband met de bijzondere omstandigheden waaronder de gedragingen hebben plaatsgevonden, wordt afgeweken van dit uitgangspunt en wordt aan verweerders een beroepsverbod van kortere duur opgelegd. In zaak 3757 wordt aan verweerder een beroepsverbod van 2 weken opgelegd. In zaak 3758 wordt aan verweerder een beroepsverbod van 4 weken opgelegd. In zaak 3790 wordt aan verweerder een beroepsverbod van 6 weken opgelegd. De namen van de verweerders worden, na onherroepelijk worden van de beslissing, opgenomen in het register van Stichting Tuchtrecht Banken. Dit register is in te zien voor de aangesloten banken. Download hier de volledige uitspraken: TRB-2019-3757-TC en TRB-2019-3758-TC en TRB-2019-3790-TC
Kopiëren handtekeningen klanten: 61 beroepsverboden Gepost op 3 april 2019 te 00:00.Geschreven door StuurluiDevelopment TRB-2019-3736-TC Tuchtcommissie, 3 april 2019 Op 3 april 2019 heeft de Tuchtcommissie Banken uitspraak gedaan in 61 soortgelijke zaken. De inhoud van de zaak Verweerders hebben schriftelijk hypotheekadvies uitgebracht aan klanten van een bank. Ter bevestiging van het feit dat klanten de inhoud van het hypotheekadvies hebben begrepen en de gegevens in het advies hadden gecontroleerd, dienden de klanten de slotverklaring bij dit advies te ondertekenen. Als de controleafdeling van de bank na beoordeling van het advies tot de conclusie kwam dat het hypotheekadvies diende te worden verbeterd, moest de bankmedewerker de verbetering verwerken in een hersteladvies. Ook de slotverklaring bij dit hersteladvies moest door de klant worden ondertekend. Verweerders hebben echter de handtekeningen van klanten onder deze hersteladviezen gekopieerd. De beslissingen van de Tuchtcommissie De Tuchtcommissie acht de ingediende klachten op alle onderdelen gegrond. Het kopiëren van één of meerdere handtekeningen van klanten kwalificeert als niet integer werken, is in strijd met de wet en andere regels die voor het werk bij de bank gelden, en schaadt het vertrouwen van de samenleving in de bank. De opgelegde maatregelen De Tuchtcommissie acht het de bank aan te rekenen dat het werkproces met betrekking tot de hersteladviezen niet eerder is aangepast en dat niet voldoende is geluisterd naar geluiden van de hypotheekadviseurs dat een onwerkbaar systeem was gecreëerd. De Tuchtcommissie acht aannemelijk dat verweerders niet de bedoeling hebben gehad klanten te benadelen. Het klantbelang is echter ernstig tekort gedaan doordat in de administratie van de bank zich ondertekende hersteladviezen bevonden met handtekeningen die niet door de klanten waren gezet en zonder dat de klanten daarvan op de hoogte waren. Dit schaadt het vertrouwen dat de klant in het bankwezen moet kunnen stellen. Er is sprake van een bijzonder ernstige schending van de gedragsregels. Slechts een tijdelijk beroepsverbod vormt een passende maatregel. In beginsel zou een beroepsverbod voor de duur van drie maanden passend zijn. In verband met de bijzondere werkomstandigheden wordt afgeweken van dit uitgangspunt en wordt aan verweerders een beroepsverbod van kortere duur opgelegd. Aan verweerders worden beroepsverboden van de volgende duur opgelegd: – 1 gekopieerde slotverklaring: beroepsverbod van 2 weken – 2 tot en met 5 gekopieerde slotverklaringen: beroepsverbod van 4 weken – 6 of meer gekopieerde slotverklaringen: beroepsverbod van 6 weken Dat de bank niet alle medewerkers gelijk heeft behandeld wat betreft een non-actiefstelling, geeft geen aanleiding tot matiging van de maatregel. Ook de duur van de tuchtrechtelijke procedure geeft geen aanleiding voor een verdere matiging. Bijzonderheden Enkele verweerders hebben betwist dat een aantal handtekeningen door hen is gekopieerd. De Tuchtcommissie heeft dit standpunt verworpen. Naar het oordeel van de Tuchtcommissie is aannemelijk dat ook deze handtekeningen door deze verweerders zijn gekopieerd. In de gevallen waarin verweerder niet langer werkzaam was bij de bank en bekend was dat hij niet langer een functie bij een bank ambieerde, heeft de Algemeen Directeur verzocht een boete op te leggen. De Tuchtcommissie heeft dit standpunt niet gevolgd en ook aan deze verweerders een beroepsverbod opgelegd, vanwege het sterke signaal dat daarvan uitgaat. De namen van de verweerders worden, na onherroepelijk worden van de beslissing, opgenomen in het register van Stichting Tuchtrecht Banken. Dit register is in te zien voor de aangesloten banken. Download hier de volledige uitspraken: Dossier 3736 Dossier 3732 Dossier 3750 Dossier 3767 Dossier 3782 Dossier 3803 Dossier 3765 Dossier 3733 Dossier 3752 Dossier 3768 Dossier 3784 Dossier 3804 Dossier 3783 Dossier 3734 Dossier 3755 Dossier 3769 Dossier 3789 Dossier 3805 Dossier 3788 Dossier 3738 Dossier 3756 Dossier 3772 Dossier 3792 Dossier 3808 Dossier 3793 Dossier 3741 Dossier 3759 Dossier 3773 Dossier 3795 Dossier 3809 Dossier 3725 Dossier 3743 Dossier 3760 Dossier 3775 Dossier 3796 Dossier 3810 Dossier 3726 Dossier 3744 Dossier 3761 Dossier 3776 Dossier 3797 Dossier 3811 Dossier 3727 Dossier 3745 Dossier 3763 Dossier 3777 Dossier 3799 Dossier 3812 Dossier 3729 Dossier 3747 Dossier 3764 Dossier 3779 Dossier 3800 Dossier 3813 Dossier 3730 Dossier 3749 Dossier 3766 Dossier 3780 Dossier 3802 Dossier 3814 Dossier 3815
Ontvreemden bankpas klant, verhogen limiet bankpas en betrokkenheid bij diefstal; beroepsverbod. Gepost op 6 februari 2019 te 00:00.Geschreven door StuurluiDevelopment TRB-2019-3969-TC Tuchtcommissie, 9 februari 2019 Verweerder heeft tijdens zijn werk bij de bank een bankpas van een klant ontvreemd, de pincode afgekeken en de limiet op de bankpas verhoogd. Door dit handelen is een klant beroofd van € 5.500. De Algemeen directeur stelde een berisping voor wegens schending van gedragsregels 1, 2 en 3. De Tuchtcommissie is van oordeel dat verweerder gedragsregel 1 heeft geschonden. De Tuchtcommissie acht gedragsregels 2 en 3 niet geschonden, aangezien – kort gezegd – de bankmedewerker buiten de normale uitoefening van zijn functie zijn persoonlijke belang heeft nagestreefd ten koste van de klant. De Tuchtcommissie wijkt in het nadeel van verweerder af van de voorgestelde berisping, aangezien zij de betrokkenheid van verweerder bij het wegnemen van de bankpas en het verhogen van de limiet op de bankpas waarmee een aanzienlijk geldbedrag van een klant is gemoeid, zeer ernstig acht. Dit handelen verhoudt zich op geen enkele manier met het doel en de strekking van de bankierseed. Klanten mogen verwachten dat hun bankpas en geld bij een bank veilig is en moeten de bank en bankmedewerker kunnen vertrouwen. De Tuchtcommissie weegt bij het bepalen van de maatregel mee dat verweerder spijt heeft betuigd en het gestolen geldbedrag terugbetaalt. De Tuchtcommissie legt aan verweerder een beroepsverbod voor de duur van 6 maanden op. De naam van verweerder wordt, bij onherroepelijk worden van de beslissing, opgenomen in het voor banken inzichtelijke register van Stichting Tuchtrecht Banken. Download hier de volledige uitspraak: TRB-2019-3969-TC
Wegpakken portemonnee klant; beroepsverbod Gepost op 6 februari 2019 te 00:00.Geschreven door StuurluiDevelopment TRB-2019-3946-TC Tuchtcommissie, 6 februari 2019 Verweerder heeft een portemonnee, die een klant bij de bank heeft laten liggen, weggepakt en niet teruggegeven nadat de klant kwam vragen of zijn portemonnee was gevonden. De Algemeen Directeur stelde een berisping voor wegens schending van gedragsregel 1, 2 en 3. De Tuchtcommissie is van oordeel dat uitsluitend gedragsregel 1 geschonden is. Gedragsregels 2 en 3 zijn niet geschonden, aangezien – kort gezegd – de bankmedewerker buiten de normale uitoefening van zijn functie zijn persoonlijke belang heeft nagestreefd ten koste van de klant. De Tuchtcommissie wijkt in het nadeel van verweerder af van de voorgestelde berisping, aangezien zij de betrokkenheid van verweerder bij het wegnemen van de portemonnee van de klant zeer ernstig acht. Dit handelen verhoudt zich op geen enkele manier met het doel en de strekking van de bankierseed. Klanten mogen verwachten dat hun geld en goederen bij een bank veilig zijn en het handelen van verweerder schendt het vertrouwen dat klanten in het bankwezen moeten kunnen stellen. De Tuchtcommissie legt aan verweerder een beroepsverbod voor de duur van 3 maanden op. De naam van verweerder wordt, bij onherroepelijk worden van de beslissing, opgenomen in het voor banken inzichtelijke register van Stichting Tuchtrecht Banken. Download de volledige uitspraak hier: TRB-2019-3946-TC
Bekijken rekeninggegevens zonder zakelijke aanleiding; beroepsverbod Gepost op 19 december 2018 te 00:00.Geschreven door StuurluiDevelopment TRB-2018-3880-TC Tuchtcommissie, 19 december 2018 Verweerder heeft in de periode van 1 juli 2015 tot en met 20 juli 2017 bij herhaling rekeninggegevens van klanten bekeken zonder dat daartoe een zakelijke aanleiding bestond. Verweerder bekeek de rekeninggegevens van familieleden, collega’s en buurtgenoten. De Algemeen directeur stelde een beroepsverbod voor de duur van 3 maanden voor. De Tuchtcommissie Banken wijkt in het nadeel van verweerder af van dit voorstel, vanwege het grote aantal personen van wie de rekeningen zijn bekeken, de lange periode waarbinnen de gedragingen hebben plaatsgevonden en de maatregelen die in soortgelijke zaken zijn opgelegd. De tuchtcommissie legt aan verweerder een beroepsverbod op voor de duur van 4 maanden. De naam van verweerder wordt, bij onherroepelijk worden van de beslissing, opgenomen in het voor banken inzichtelijke register van Stichting Tuchtrecht Banken. Download hier de uitspraak: TRB-2018-3880-TC