Berisping voor bestuursvoorzitter en twee commissarissen Gepost op 13 april 2023 te 12:01.Geschreven door olavwagenaar TRB-2022-3935-CB, TRB-2022-3943-CB en TRB-2022-4006-CB Commissie van Beroep, 13 april 2023 Voortzetting van de uitspraken van de Tuchtcommissie van 3 augustus 2022, waartegen de Algemeen directeur beroep heeft ingesteld. Verweerders hebben vervolgens ook zelf (incidenteel) beroep ingesteld. De Commissie van Beroep oordeelt dat de commissarissen en bestuursvoorzitter van de bank een voorbeeldfunctie hebben bij het uitdragen van de gedragsregels. Zij zijn daarin tekortgeschoten. De Commissie van Beroep wijst hierbij op de bijzondere verantwoordelijkheid van beleidsbepalende personen. Bankmedewerkers zullen niet snel tuchtrechtelijk worden veroordeeld zolang zij binnen de interne beleidsregels blijven, maar dat ligt anders voor de bankmedewerkers die zelf verantwoordelijk zijn voor dat beleid. Hun eigen rol daarbij kan wel tuchtrechtelijk worden getoetst. De commissarissen en de bestuursvoorzitter hebben bij de voorbereiding van het beloningsvoorstel onvoldoende zorgvuldig gehandeld, maakten een onvoldoende zorgvuldige belangenafweging en hebben daardoor het vertrouwen van de samenleving in de bank geschaad. De Commissie van Beroep legt als maatregel een berisping op. De namen van verweerders zijn opgenomen in het register van Tuchtrecht Banken. Alleen de aangesloten banken kunnen het register raadplegen. De uitspraak van de Commissie van Beroep vind je hier. De uitspraken van de Tuchtcommissie vind je hier: TRB-2022-3935-TC, TRB-2022-3943-TC en TRB-2022-4006-TC
Vertrouwelijke informatie klanten onterecht gedeeld met derde Gepost op 4 april 2023 te 07:28.Geschreven door olavwagenaar TRB-2022-4602-TC Tuchtcommissie, 28 december 2022 Verweerster heeft zonder dat dit voor haar werk nodig was contact opgenomen met de werkgever van (potentiële) klanten van de bank. Zij heeft daarbij vertrouwelijke informatie die haar bekend was uit de financieringsaanvraag van die klanten gedeeld met die werkgever (zijnde een bevriende relatie van verweerster), omdat volgens verweerster sprake was van een oneigenlijke toe-eigening door die klanten van bedrijfsinformatie van die werkgever. Zij heeft daarmee haar geheimhouding geschonden. Het betreft zeer gevoelige en vertrouwelijke informatie die op verschillende momenten in detail met de derde is gedeeld. Dit is niet integer en onzorgvuldig geweest. Verweerster heeft verder de belangen van de derde laten prevaleren boven de belangen van de (potentiële) klanten en haar geheimhoudingsplicht geschonden. De Tuchtcommissie legt aan verweerster een onvoorwaardelijk beroepsverbod van vier weken op. Hierbij is onder meer rekening gehouden met de specifieke context waarin het tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen zich heeft afgespeeld, de duur van het onderzoek en het feit dat verweerster reeds jarenlang en nog steeds werkzaam is in de bancaire sector. De naam van verweerster is opgenomen in het register van Tuchtrecht Banken. Alleen de aangesloten banken kunnen het register raadplegen. De uitspraak vind je hier.
Bewust afwijken van procedure inzake zakelijke kredietverlening Gepost op 7 februari 2023 te 08:01.Geschreven door olavwagenaar TRB-2022-4379-TC Tuchtcommissie, 14 december 2022 Verweerder is bij kredietaanvragen in een groot aantal klantdossiers bewust afgeweken van dwingend beleid van de bank en/of de wijze waarop deze aanvragen in het banksysteem dienden te worden ingevoerd. De Tuchtcommissie is van oordeel dat verweerder onterecht veelvuldig het systeem van de bank heeft omzeild. De bank en de klanten hebben hierdoor aanzienlijke risico’s gelopen, terwijl die risico’s zo veel mogelijk konden en moesten worden uitgesloten door het systeem. De specifieke omstandigheden van het geval waaronder de impact van een onvoorwaardelijk beroepsverbod doen de Tuchtcommissie besluiten aan verweerder niet een onvoorwaardelijk maar een voorwaardelijk beroepsverbod voor de duur van twee jaar op te leggen en daarnaast een geldboete van € 12.500,-. De naam van verweerder is opgenomen in het register van Tuchtrecht Banken. Alleen de aangesloten banken kunnen het register raadplegen. de uitspraak vind je hier.
Gelden klant aan zichzelf overgemaakt en oneigenlijke verhogingen (eigen) creditcards Gepost op 17 januari 2023 te 08:07.Geschreven door olavwagenaar TRB-2022-4580-TC Tuchtcommissie, 23 november 2022 Het is bijzonder kwalijk dat verweerder een klant van de bank zeer ernstig heeft benadeeld door het op slinkse wijze ontvreemden van een groot geldbedrag (€ 45.000,-). Daarnaast heeft verweerder ten onrechte de limieten van de creditkaarten van zichzelf en van zijn vriendin verhoogd. Hierbij heeft hij zijn vriendin en collega’s “gebruikt” om dit alles te realiseren. De tuchtcommissie legt verweerder een beroepsverbod voor de duur van 2 jaar op. De naam van verweerder is opgenomen in het register van Tuchtrecht Banken. Alleen de aangesloten banken kunnen het register raadplegen. De uitspraak vind je hier.
Onrechtmatige overboekingen, toe-eigening gelden en frauduleuze handelingen ter verdoezeling Gepost op 20 december 2022 te 09:52.Geschreven door olavwagenaar TRB-2022-4581-TC Tuchtcommissie, 2 november 2022 Verweerder heeft onrechtmatige overboekingen verricht van in totaal ongeveer € 195.000,- vanaf de bankrekening van erfgenamen van een (overleden) klant van de bank. Verweerder heeft zich geld toegeëigend waarop hij geen recht had. Bovendien heeft verweerder diverse (frauduleuze) handelingen verricht om ervoor te zorgen dat de bewuste transacties voor die erfgenamen en de bank verborgen zouden blijven. Tevens heeft verweerder aan een collega die betrokken was bij de onrechtmatige overboekingen, een bedrag van € 13.000,- overgemaakt (zie de uitspraak van 27 juli 2022 van de Tuchtcommissie , met kenmerk TRB-2022-4582-TC). De conclusie van de Tuchtcommissie luidt dat het in deze zaak om zeer ernstige schendingen van de aan de bankierseed verbonden gedragsregels gaat (gedragsregels 1, 4 en 7). Verweerder heeft met zijn handelen er blijk van gegeven dat hij niet kan worden vertrouwd als hij in de uitoefening van zijn functie de beschikking krijgt over geld van klanten. De Tuchtcommissie acht een beroepsverbod voor de duur van 36 maanden passend. De naam van verweerder is opgenomen in het register van Tuchtrecht Banken. Alleen de aangesloten banken kunnen het register raadplegen. De uitspraak vind je hier.
Vertrouwelijke informatie buiten de bank gebracht Gepost op 20 december 2022 te 09:51.Geschreven door olavwagenaar TRB-2022-4673-TC Tuchtcommissie, 2 november 2022 Het staat vast dat de gegevens die door verweerster buiten de beschermde omgeving van de bank zijn gebracht zeer privacygevoelig zijn. Het gaat om ongeveer 500 bijlagen met onder meer klantgegevens. Hiermee heeft verweerster niet integer gehandeld. Bovendien schaadt dit het vertrouwen dat de samenleving in de bank als professionele instelling moet kunnen stellen. Verweerster heeft gedragsregels 1, 4, 5 en 7 geschonden. De Tuchtcommissie beslist dat een beroepsverbod van zeven maanden passend is. De naam van verweerster is opgenomen in het register van Tuchtrecht Banken. Alleen de aangesloten banken kunnen het register raadplegen. De uitspraak vind je hier.
Medewerking aan onrechtmatige overboekingen en toe-eigening gelden Gepost op 6 september 2022 te 09:32.Geschreven door olavwagenaar TRB-2022-4582-TC Tuchtcommissie, 27 juli 2022 Verweerder heeft zijn medewerking verleend aan een voormalige collega bij vier onrechtmatige overboekingen vanaf de bankrekening van erfgenamen van een klant van de bank. Hiervoor was geen rechtmatige opdracht dan wel toestemming gegeven. De tuchtcommissie is van oordeel dat verweerder hiermee de gedragsregels fors heeft overtreden. Via de bankrekening van een derde is vervolgens € 13.000,- overgemaakt naar de bankrekening van verweerder. Hiermee heeft verweerder zich geld toegeëigend van de erfgenamen waar hij geen recht op had. Van verweerder mocht worden verwacht dat hij had ingegrepen op het moment hij in de gaten had dat het vermoedelijk onrechtmatige overboekingen betrof. Verweerder heeft blijk ervan gegeven dat hij niet kan worden vertrouwd als hij in de uitoefening van zijn functie de beschikking krijgt over geld van klanten. De tuchtcommissie acht een beroepsverbod voor de duur van 18 maanden passend. De naam van verweerder is ingesteld opgenomen in het register van Tuchtrecht Banken. Alleen de aangesloten banken kunnen dit register inzien. De uitspraak van de Tuchtcommissie vind je hier.
Namaken handtekening klant Gepost op 1 april 2020 te 00:00.Geschreven door StuurluiDevelopment TRB-2020-4377-TC Verweerster heeft zelf de handtekeningen van klanten onder twee formulieren geplaatst. De Tuchtcommissie oordeelt dat het namaken van de handtekening van een klant in alle gevallen een bijzonder ernstige schending van de gedragsregels is. De mate waarin het vertrouwen van de klant in het bankwezen wordt geschaad en de mate waarin het klantbelang is geschaad, maken dat niet kan worden volstaan met een andere maatregel dan een tijdelijk onvoorwaardelijk beroepsverbod. De Tuchtcommissie houdt rekening met de omstandigheden waaronder verweerster tot haar handelen is gekomen. De Tuchtcommissie legt verweerster een beroepsverbod op voor de duur van twee weken. De naam van verweerster wordt, na onherroepelijk worden van de beslissing, opgenomen in het register van Tuchtrecht Banken. Dit register is in te zien voor de aangesloten banken. Download hier de volledige uitspraak: Uitspraak TRB-2020-4377-TC
Beroepsverbod van 18 maanden voor voormalig directievoorzitter Gepost op 31 oktober 2018 te 00:00.Geschreven door StuurluiDevelopment TRB-2018-3618-TC. Tuchtcommissie, 31 oktober 2018 Verweerder was in dienst van de bank als directievoorzitter. Met verweerder is op 3 december 2005 een vaststellingsovereenkomst gesloten. Deze vaststellingsovereenkomst hield een vertrekregeling in. Aan deze vaststellingsovereenkomst mocht verweerder geen uitvoering geven. Verweerder heeft voorzien in een alternatieve regeling voor zijn vertrek bij de bank. Ter uitvoering hiervan heeft verweerder onder meer een bedrag van € 1,5 miljoen doen overboeken naar een Stichting, waarvan hij enig bestuurder was. Verweerder zou zijn werkzaamheden voor de bank beëindigen door middel van een beëindigingsovereenkomst en zou een dienstverband krijgen bij de Stichting. Deze overeenkomsten zijn niet tot stand gekomen. Het bedrag van € 1,5 miljoen is door de Stichting teruggeboekt naar de bank. De tuchtcommissie stelt vast dat verweerder in samenspraak met de voorzitter van de Raad van Commissarissen stappen heeft gezet om een alternatieve invulling te geven aan de vaststellingsovereenkomst betreffende zijn vertrekregeling uit 2005. De tuchtcommissie is van oordeel dat de wijze waarop verweerder uitvoering heeft gegeven aan de alternatieve regeling voor zijn vertrek materieel relevante gelijkenis vertoont met de niet goedgekeurde vertrekregeling uit 2005. De tuchtcommissie concludeert dat verweerder niet zorgvuldig heeft gehandeld en onzorgvuldig is omgegaan met betrokken belangen, in die zin dat hij overwegend voorrang heeft gegeven aan zijn eigen belang boven het belang van de bank. Het handelen van verweerder draagt niet bij aan het vertrouwen van de samenleving in het bankwezen. Verweerder heeft het beeld gecreëerd van een bankmedewerker die – zonder daarover open te zijn – tracht zichzelf via een omweg alsnog de oorspronkelijke (riante) vertrekregeling te doen toekomen. De tuchtcommissie overweegt dat, anders dan de Algemeen Directeur heeft gesteld, niet is komen vast te staan dat verweerder wet- en regelgeving heeft geschonden. In de persoonlijke omstandigheden van verweerder ziet de tuchtcommissie aanleiding om de duur van het door de Algemeen Directeur voorgestelde beroepsverbod (24 maanden) enigszins te matigen. De tuchtcommissie acht een beroepsverbod voor de duur van 18 maanden passend. De naam van verweerder wordt bij onherroepelijk worden van de beslissing opgenomen in het voor banken inzichtelijke register van Stichting Tuchtrecht Banken. Download hier de volledige uitspraak: Uitspraak dossier 3618
Kopiëren handtekening klant: beroepsverbod Gepost op 17 oktober 2018 te 00:00.Geschreven door StuurluiDevelopment TRB-2018-3754-TC Tuchtcommissie, 17 oktober 2018 Verweerder heeft een formulier ‘Opdracht tot waardeoverdracht’ ondertekend met een handtekening, die de handtekening van een klant voorstelt. Dit handelen kwalificeert niet als integer werken, is in strijd met de wet en andere regels die voor het werken bij de bank gelden, en schaadt het vertrouwen van de samenleving in de bank. De klacht van de Algemeen Directeur acht de Tuchtcommissie dan ook gegrond. Het kopiëren van een handtekening van een klant is naar het oordeel van de Tuchtcommissie in alle gevallen een bijzonder ernstige schending van de gedragsregels. De Tuchtcommissie acht in beginsel een beroepsverbod voor de duur van drie maanden passend. Vanwege verzachtende omstandigheden (het niet goed functionerende werkproces, het gebrek aan collegialiteit van de andere afdeling bij het oplossen van fouten en het gevoel van verweerster dat zij regelmatig gemaakte fouten binnen de organisatie niet kon aankaarten bij haar leidinggevende) ziet de Tuchtcommissie aanleiding om aan verweerster een beroepsverbod voor de duur van twee weken op te leggen. De naam van de verweerder wordt opgenomen in het door banken inzichtelijke register van Stichting Tuchtrecht Banken. Download hier de volledige uitspraak: Dossier 3754 uitspraak Tuchtcommissie