Schikking – Raadplegen klantgegevens zonder zakelijke aanleiding Gepost op 11 juli 2019 te 00:00.Geschreven door StuurluiDevelopment TRB-2019-4298-AD Beslissing Algemeen directeur, 11 juli 2019 Uit het onderzoek van de Algemeen directeur is naar voren gekomen dat de beëdigde klantgegevens heeft geraadpleegd zonder zakelijke aanleiding. Beëdigde heeft daarmee de bankierseed geschonden. Niet is komen vast te staan dat de beëdigde deze gegevens met een derde heeft gedeeld. De Algemeen directeur heeft de beëdigde een schikking in de vorm van een berisping aangeboden. De beëdigde heeft de schikking aanvaard. De gegevens van de beëdigde zijn opgenomen in het tuchtrechtelijk register. Download hier de beslissing: TRB-2019-4298-AD
Beslissing Algemeen Directeur en herzieningsbeslissing – Geen nader onderzoek naar meldingen, herzieningsverzoek afgewezen. Gepost op 30 juni 2019 te 00:00.Geschreven door StuurluiDevelopment TRB-2019-4329-AD Algemeen directeur, 7 mei 2019 TRB-2019-4329-HV Voorzitter Tuchtcommissie, 30 juni 2019 De ingediende melding houdt in dat een bankmedewerker bij het openen van een zakelijke rekening niet klantgericht heeft gehandeld en zich beschuldigend en bedreigend zou hebben opgesteld. De Algemeen directeur heeft naar aanleiding van deze melding besloten geen nader onderzoek in te stellen. De Algemeen directeur wijst erop dat de bank de wettelijke verplichting heeft de klant te kennen. Dat dit tot vragen leidt die als vervelend worden ervaren, brengt geen schending mee van de regel dat de klant centraal moet worden gesteld. Het is niet aannemelijk geworden dat de bankmedewerker een integriteitsnorm zou hebben geschonden. De melder heeft om herziening van de beslissing van de Algemeen directeur verzocht. De voorzitter van de Tuchtcommissie wijst dit verzoek af. Vragen die niet of niet naar tevredenheid van de bank zijn beantwoord door de klant, kunnen en mogen opnieuw worden gesteld. Dat de toon van het gesprek als beschuldigend en aanvallend is ervaren, is vervelend maar onvoldoende om te spreken van tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen. Download hier de beslissing van de Algemeen directeur: TRB-2019-4329-AD Download hier de herzieningsbeslissing: TRB-2019-4329-HV
Beslissingen Algemeen directeur en herzieningsbeslissingen – Geen nader onderzoek naar meldingen, herzieningsverzoeken afgewezen. Gepost op 30 juni 2019 te 00:00.Geschreven door StuurluiDevelopment TRB-2019-4337-AD Algemeen directeur, 9 mei 2019 TRB-2019-4337-HV Voorzitter Tuchtcommissie, 30 juni 2019 De ingediende meldingen houden in dat twee bankmedewerkers in een brief aan een klant bewust onwaarheden hebben geschreven om hem te doen afzien van een claim tegen de bank. De Algemeen directeur heeft naar aanleiding van deze meldingen besloten geen nader onderzoek in te stellen. Beslissingen en/of standpunten van de bank als instelling kunnen geen persoonlijk verwijt opleveren. De standpunten in de brief zijn aan te merken als standpunten van de bank. Van doelbewuste misleiding is niet gebleken. De melder heeft om herziening van de beslissingen van de Algemeen directeur verzocht. De voorzitter van de Tuchtcommissie wijst deze verzoeken af. De verzonden brief moet worden gezien als het verweer van de bank tegen een aangekondigde claim. De bank moet bij een aansprakelijkstelling vrijelijk verweer kunnen voeren. Van tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen door de opstellers van de brief is niet gebleken. Download hier de beslissing van de Algemeen directeur: TRB-2019-4337-AD Download hier de herzieningsbeslissing: TRB-2019-4337-HV
Beslissingen Algemeen Directeur en herzieningsbeslissingen – Geen nader onderzoek naar meldingen, herzieningsverzoeken afgewezen. Gepost op 30 juni 2019 te 00:00.Geschreven door StuurluiDevelopment TRB-2019-4338-AD Algemeen directeur, 9 mei 2019 TRB-2019-4338-HV Voorzitter Tuchtcommissie, 30 juni 2019 De ingediende meldingen houden in dat twee bankmedewerkers in een brief aan een klant bewust onwaarheden hebben geschreven om hem te doen afzien van een claim tegen de bank. De Algemeen directeur heeft naar aanleiding van deze meldingen besloten geen nader onderzoek in te stellen. Beslissingen en/of standpunten van de bank als instelling kunnen geen persoonlijk verwijt opleveren. De standpunten in de brief zijn aan te merken als standpunten van de bank. Van doelbewuste misleiding is niet gebleken. De melder heeft om herziening van de beslissingen van de Algemeen directeur verzocht. De voorzitter van de Tuchtcommissie wijst deze verzoeken af. De verzonden brief moet worden gezien als het verweer van de bank tegen een aangekondigde claim. De bank moet bij een aansprakelijkstelling vrijelijk verweer kunnen voeren. Van tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen door de opstellers van de brief is niet gebleken. Download hier de beslissing van de Algemeen directeur: TRB-2019-4338-AD Download hier de herzieningsbeslissing: TRB-2019-4338-HV
Aanpassen limieten op eigen rekeningen; beroepsverbod Gepost op 26 juni 2019 te 00:00.Geschreven door StuurluiDevelopment TRB-2019-3954-TC Tuchtcommissie, 26 juni 2019 Verweerster heeft limieten geplaatst en verhoogd op bankrekeningen van zichzelf en/of haar echtgenoot. De Tuchtcommissie concludeert dat deze mutaties door verweerster zelf zijn verricht in het interne systeem van de bank. Uit interne regels van de bank volgt dat een bankmedewerker geen eigen bankzaken mag behandelen. Dit is vanuit het oogpunt van het voorkomen van misbruik en belangenverstrengeling volstrekt begrijpelijk. Het handelen van verweerster kwalificeert niet als integer werken. Verweerster heeft gedragsregels 1 en 4 geschonden. De Tuchtcommissie legt aan verweerster een beroepsverbod op voor de duur van 3 maanden. De naam van verweerster wordt, na onherroepelijk worden van de beslissing, opgenomen in het register van Stichting Tuchtrecht Banken. Dit register is in te zien voor de aangesloten banken. Download hier de beslissing: TRB-2019-3954-TC
Weigering medewerking aan onderzoek bank; beroepsverbod Gepost op 26 juni 2019 te 00:00.Geschreven door StuurluiDevelopment TRB-2019-3970-TC Tuchtcommissie, 27 juni 2019 Na een intern onderzoek van de bank bestonden zeer serieuze aanwijzingen dat verweerder betrokken was bij fraude binnen de bank, waarbij onder meer een klant voor € 20.000 was benadeeld. Uit het onderzoek van de bank kwam naar voren dat van alle potentieel betrokken bankmedewerkers, uitsluitend verweerder in de gelegenheid was geweest om het geheel aan handelingen van de fraude te kunnen hebben verricht. Verweerder is door de bank geconfronteerd met deze onderzoeksbevindingen. Hem is gevraagd om met zijn mobiele telefoon in te (laten) loggen op de mobiel bankieren app van de bank. Verweerder heeft medewerking daaraan geweigerd. De Tuchtcommissie oordeelt dat het voor verweerder duidelijk moet zijn geweest wat het belang was van het verkrijgen van duidelijkheid over de door verweerder gebruikte mobiele telefoon. Dit was mogelijk door het inloggen op de mobiel bankieren app. Deze handeling is eenvoudig van aard en impliceert slechts een geringe inbreuk op de privacy van verweerder. Van verweerder kon worden gevergd opening van zaken te geven, ook door in te (laten) loggen op de mobiel bankieren app. Door medewerking te weigeren heeft verweerder zich niet open en toetsbaar opgesteld, heeft hij het vertrouwen van de samenleving in de bank geschaad en zich niet integer gedragen. Verweerder heeft in strijd gehandeld met gedragsregels 1, 6 en 7. De Tuchtcommissie legt aan verweerder een beroepsverbod op voor de duur van 6 maanden. De naam van verweerder wordt, na onherroepelijk worden van de beslissing, opgenomen in het register van Stichting Tuchtrecht Banken. Dit register is in te zien voor de aangesloten banken. Download hier de beslissing: TRB-2019-3970-TC
Valse brief in civiele procedure; beroepsverbod Gepost op 26 juni 2019 te 00:00.Geschreven door StuurluiDevelopment TRB-2019-3952-TC Tuchtcommissie, 26 juni 2019 De Algemeen directeur heeft een klacht bestaande uit twee klachtonderdelen aan de Tuchtcommissie voorgelegd. De Tuchtcommissie acht het eerste klachtonderdeel gegrond en het tweede klachtonderdeel ongegrond. Klachtonderdeel A Verweerder is (mede) verantwoordelijk voor het overleggen van een valse brief van de bank in een civiele procedure. In deze aan verweerder gerichte brief wordt in strijd met de waarheid gesteld dat een hypotheekgesprek met verweerder heeft plaatsgevonden en dat de situatie van verweerder het advies rechtvaardigt niet tot het aanvragen van een hypotheek over te gaan. Dit gesprek heeft nimmer plaatsgevonden. Dat de brief door de advocaat van verweerder of door zijn partner zou zijn opgesteld en overgelegd acht de Tuchtcommissie onaannemelijk. De Tuchtcommissie acht het voor eigen gewin (doen) indienen van een valse brief in een gerechtelijke procedure verre van integer. Verweerder heeft geen openheid willen betrachten over de vraag hoe de brief tot stand is gekomen en in het geding is gebracht en wie daarbij betrokken is geweest. Verweerder heeft daarmee in strijd gehandeld met gedragsregels 1 en 6. Klachtonderdeel B Verweerder wordt verweten dat hij zonder afstemming met een leidinggevende significant meer uren heeft gedeclareerd dan contractueel was toegestaan. De Tuchtcommissie kan uit de stukken niet zonder meer afleiden dat het verweerder contractueel niet was toegestaan gewerkte overuren te declareren. Ervan uitgaande dat het overwerk is verricht, resteert een verschil van inzicht tussen de bank en verweerder over de gemaakte afspraken over de verrichten werkzaamheden, de betaling daarvan en de uitleg van die afspraken. Dat verschil van inzicht is onvoldoende om een tuchtrechtelijk verwijt aan verweerder te rechtvaardigen. De Tuchtcommissie acht dit klachtonderdeel ongegrond. De maatregel De Tuchtcommissie legt aan verweerder (voor het eerste klachtonderdeel) een beroepsverbod op voor de duur van 6 maanden. De Tuchtcommissie wijst daarbij onder meer op de ernst van de gedraging van verweerder en de omstandigheid dat hij geen (voldoende) opening van zaken heeft gegeven. De naam van verweerder wordt, na onherroepelijk worden van de beslissing, opgenomen in het register van Stichting Tuchtrecht Banken. Dit register is in te zien voor de aangesloten banken. Download hier de beslissing: TRB-2019-3952-TC
Kopiëren handtekeningen klanten: 2 beroepsverboden Gepost op 26 juni 2019 te 00:00.Geschreven door StuurluiDevelopment TRB-2019-3728-TC en TRB-2019-3731-TC Tuchtcommissie 26 juni 2019 Op 26 juni 2019 heeft de Tuchtcommissie uitspraak gedaan in 2 soortgelijke zaken, waarin – kort samengevat – verweerders handtekeningen van klanten hebben gekopieerd. Deze uitspraken maken onderdeel uit van een groter aantal zaken waarin hetzelfde was voorgevallen en waarin de Tuchtcommissie reeds eerder (op 17 augustus 2018, op 3 april 2019 en op 1 mei 2019) uitspraak heeft gedaan. Verweerders hebben handtekeningen van klanten onder herstelde hypotheekadviezen gekopieerd. De Tuchtcommissie acht de hierover ingediende klachten gegrond. Het kopiëren van één of meerdere handtekeningen van klanten kwalificeert als niet integer werken, is in strijd met de wet en andere regels die voor het werk bij de bank gelden, en schaadt het vertrouwen van de samenleving in de bank. De Tuchtcommissie acht slechts een tijdelijk beroepsverbod een passende maatregel. In beginsel zou een beroepsverbod voor de duur van drie maanden passend zijn. In verband met de bijzondere omstandigheden waaronder de gedragingen hebben plaatsgevonden, wordt afgeweken van dit uitgangspunt en wordt aan verweerders een beroepsverbod van kortere duur opgelegd. In beide zaken wordt aan verweerders een beroepsverbod van 4 weken opgelegd. De namen van de verweerders worden, na onherroepelijk worden van de beslissing, opgenomen in het register van Stichting Tuchtrecht Banken. Dit register is in te zien voor de aangesloten banken. Download hier de volledige uitspraken: TRB-2019-3728-TC en TRB-2019-3731-TC
Schikking – Bekijken klantgegevens zonder zakelijke aanleiding Gepost op 26 juni 2019 te 00:00.Geschreven door StuurluiDevelopment TRB-2019-4313-AD Algemeen directeur, 26 juni 2019 Uit het onderzoek van de Algemeen directeur is naar voren gekomen dat beëdigde klantgegevens heeft bekeken zonder zakelijke aanleiding. Beëdigde heeft daarmee de bankierseed geschonden. De Algemeen directeur heeft beëdigde een schikking aangeboden in de vorm van een berisping. Beëdigde heeft deze schikking aanvaard. De gegevens van beëdigde zijn opgenomen in het tuchtrechtelijk register. Download hier de beslissing: TRB-2019-4313-AD
Geen nader onderzoek naar melding, herzieningsverzoek afgewezen. Gepost op 9 juni 2019 te 00:00.Geschreven door StuurluiDevelopment TRB-2019-4335-AD Algemeen directeur, 13 mei 2019 TRB-2019-4335-HV Voorzitter Tuchtcommissie, 9 juni 2019 Volgens de melder is zonder haar toestemming een bankrekening geopend. Zij ontvangt van de bank correspondentie over twee bankrekeningen. De melder vermoedt dat sprake is van fraude en heeft een melding ingediend tegen de persoon wiens naam onder de correspondentie van de bank staat. De Algemeen directeur heeft besloten geen nader onderzoek te doen naar de melding. Uit de melding en daarbij verstrekte stukken volgt dat de moeder van de melder is overleden en dat de melder is aangemerkt als erfgenaam. De bank informeert de melder daarom over de bankrekeningen. Van persoonlijk tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen is niet gebleken. De melder heeft om herziening van de beslissingen van de Algemeen directeur verzocht. De voorzitter van de Tuchtcommissie is het met de Algemeen directeur eens dat niet aannemelijk is geworden dat aan de bankmedewerker een tuchtrechtelijk verwijt kan worden gemaakt. De voorzitter wijst het herzieningsverzoek af. Download hier de beslissing van de Algemeen directeur: TRB-2019-4335-AD Download hier de herzieningsbeslissing van de voorzitter van de Tuchtcommissie: TRB-2019-4335-HV