Melding is onduidelijk over welk tuchtrechtelijk verwijt wordt gemaakt

Deel deze pagina

TRB-2022-4630-AD
Algemeen Directeur, 10 mei 2022

TRB-2022-4630-HV
Herzieningsbeslissing, 15 juli 2022

De melding houdt in dat de bankmedewerker buiten alle regels om een opdracht aan een bedrijf zou hebben verstrekt. De bank heeft vanwege die opdracht een onderzoek naar melder ingesteld. Volgens melder zou de bankmedewerker ten onrechte tijdens dit onderzoek buiten schot zijn gehouden.

De Algemeen Directeur heeft de melding afgewezen, omdat uit de melding niet af te leiden valt welk tuchtrechtelijk verwijt de bankmedewerker kan worden gemaakt.

Melder heeft om herziening van deze beslissing verzocht en daarbij verzocht dat nader onderzoek wordt gedaan naar de bankmedewerker.

De plaatsvervangend voorzitter van de Tuchtcommissie wijst het herzieningsverzoek af. De plaatsvervangend voorzitter is het met de Algemeen Directeur eens dat niet duidelijk is geworden waarom sprake zou zijn van tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen door de bankmedewerker. De plaatsvervangend voorzitter zal de Algemeen Directeur niet opdragen nader onderzoek te doen. Het is onwaarschijnlijk dat enig onderzoek de duidelijkheid zal verschaffen die vereist is in een tuchtrechtelijke procedure.

Zie hier de beslissing van de Algemeen Directeur.
Zie hier de beslissing van de Voorzitter van de Tuchtcommissie.