Rekeningen raadplegen in verband met overval, wegens strafrechtelijk onderzoek geen toegevoegde waarde in tuchtrecht

TRB-2018-3884-AD
Algemeen directeur, 16 mei 2018
TRB-2018-3883/3884-HV
Voorzitter Tuchtcommissie, 11 september 2018

De bank heeft een melding ingediend over twee beëdigden die zonder zakelijke aanleiding bankrekeningen van klanten zouden hebben geraadpleegd en mogelijk betrokken zouden zijn bij het faciliteren van berovingen van klanten.

De Algemeen directeur heeft besloten geen klacht voor te leggen aan de Tuchtcommissie. Daartoe heeft de Algemeen directeur overwogen geen toegevoegde waarde te zien in een tuchtrechtelijke veroordeling nu tevens een  strafrechtelijk onderzoek loopt naar de gedragingen van de beëdigden. Daarnaast is door het strafrechtelijk onderzoek nader onderzoek door de directeur niet mogelijk.

De bank heeft om herziening van de beslissing van de Algemeen directeur verzocht. De Voorzitter van de Tuchtcommissie laat de beslissing van de Algemeen directeur in stand, verwijzend naar art. 2.2.4. van het Tuchtreglement Bancaire Sector. Het zwaarste accent ligt op de beoordeling van de strafbare feiten. Met een zelfstandige toetsing van het ongeoorloofd bekijken van bankrekeningen van klanten, wordt in geval van eventuele oplegging van een tuchtrechtelijke maatregel geen zelfstandig doel meer bereikt.

Download hier de beslissing van de Algemeen directeur: TRB-2018-3884-AD
Download hier de herzieningsbeslissing: TRB-2018-3883-HV en TRB-2018-3884-HV

Rekeningen raadplegen in verband met overval, wegens strafrechtelijk onderzoek geen toegevoegde waarde in tuchtrecht

TRB-2018-3883-AD
Algemeen directeur, 16 mei 2018
TRB-2018-3883/3884-HV
Voorzitter Tuchtcommissie, 11 september 2018

De bank heeft een melding ingediend over twee beëdigden die zonder zakelijke aanleiding bankrekeningen van klanten zouden hebben geraadpleegd en mogelijk betrokken zouden zijn bij het faciliteren van berovingen van klanten.

De Algemeen directeur heeft besloten geen klacht voor te leggen aan de Tuchtcommissie. Daartoe heeft de Algemeen directeur overwogen geen toegevoegde waarde te zien in een tuchtrechtelijke veroordeling nu tevens een  strafrechtelijk onderzoek loopt naar de gedragingen van de beëdigden. Daarnaast is door het strafrechtelijk onderzoek nader onderzoek door de directeur niet mogelijk.

De bank heeft om herziening van de beslissing van de Algemeen directeur verzocht. De Voorzitter van de Tuchtcommissie laat de beslissing van de Algemeen directeur in stand, verwijzend naar art. 2.2.4. van het Tuchtreglement Bancaire Sector. Het zwaarste accent ligt op de beoordeling van de strafbare feiten. Met een zelfstandige toetsing van het ongeoorloofd bekijken van bankrekeningen van klanten, wordt in geval van eventuele oplegging van een tuchtrechtelijke maatregel geen zelfstandig doel meer bereikt.

Download hier de beslissing van de Algemeen directeur: TRB-2108-3883-AD
Download hier de herzieningsbeslissing: TRB-2018-3883-HV en TRB-2018-3884 -HV

Slechts vermoeden indienen valse verzekeringsclaim

TRB-2018-3958-AD
Algemeen directeur, 29 augustus 2018

De bank diende een melding in waaruit volgt dat de beëdigde vermoedelijk een valse verzekeringsclaim had ingediend. De beëdigde zou voorts niet transparant zijn geweest jegens de bank over de reden van zijn afwezigheid op de dag dat hij op het politiebureau was.

De Algemeen directeur oordeelt dat niet is komen vast te staan dat de beëdigde de bankierseed (in voldoende ernstige mate) heeft geschonden. Uit de melding volgt slechts een vermoeden van het indienen van een valse verzekeringsclaim, terwijl dat door de beëdigde wordt ontkend. De Algemeen directeur oordeelt dat onvoldoende aannemelijk is geworden dat de beëdigde onvoldoende transparant zou zijn geweest over de reden van zijn afwezigheid.

Download hier de beslissing van de Algemeen directeur: TRB-2018-3958-AD

Schikking – Bekijken rekeninggegevens zonder zakelijke aanleiding

TRB-2018-3894-AD
Algemeen directeur, 24 augustus 2018

Op basis van onderzoek heeft de Algemeen directeur geconcludeerd dat beëdigde rekeninggegevens van zichzelf, van zijn gezinsleden en van (leden van) de voetbalvereniging heeft bekeken zonder dat daartoe een zakelijke aanleiding bestond.

Aan beëdigde is een schikking, inhoudende een berisping, aangeboden. Beëdigde heeft ingestemd met deze berisping. Beëdigde wordt opgenomen in het register van Stichting Tuchtrecht Banken.

Download hier de schikking: TRB-2018-3894-AD

Wijzigen omschrijving overboeking op rekeningafschrift – sepot

TRB-2018-3949-AD
Algemeen directeur, 20 augustus 2018

Op basis van onderzoek heeft de Algemeen directeur geconcludeerd dat de beëdigde een rekeningafschrift heeft vervalst en dit rekeningafschrift heeft ingediend als bewijsstuk bij een kredietaanvraag. De Algemeen directeur is van oordeel dat ten aanzien van deze gedragingen voldoende raakvlakken met de functie van de beëdigde als bankmedewerker aanwezig zijn, om in tuchtrechtelijke zin relevant te zijn. De ernst van de schending is echter onvoldoende om de oplegging van een maatregel te rechtvaardigen.

Download hier de volledige beslissing: TRB-2018-3949-AD

Kopiëren van handtekening van klant door bankmedewerker I

TRB-2018-3740-TC
Tuchtcommissie, 17 augustus 2018

Deze beslissing maakt onderdeel uit van in totaal 10 soortelijke zaken waarin de tuchtcommissie op 17 augustus 2018 uitspraak heeft gedaan.

Verweerder  heeft een hypotheekadvies uitgebracht aan een klant van de bank. De klant heeft de bij dit advies behorende slotverklaring ondertekend.  Dit hypotheekadvies diende volgens een controleafdeling van de bank te worden verbeterd. Verweerder heeft deze verbetering verwerkt in een hersteladvies. Dit advies diende, conform het geldende beleid van de bank, aan de klant te worden gezonden. De klant diende de slotverklaring bij dit hersteladvies te ondertekenen en terug te sturen. Verweerder heeft de handtekening van de klant die op de oorspronkelijke slotverklaring was geplaatst, gekopieerd op de slotverklaring die hoorde bij het hersteladvies.

De tuchtcommissie is van oordeel dat verweerder heeft gehandeld in strijd met de gedragsregels door de handtekening van de klant te kopiëren onder de slotverklaring bij het hersteladvies. Dit handelen kwalificeert niet als integer werken, is in strijd met de wet en andere regels die voor het werk bij de bank gelden, en schaadt het vertrouwen van de samenleving in de bank. De ingediende klacht wordt gegrond verklaard. Met betrekking tot de op te leggen maatregel overweegt de tuchtcommissie dat het de bank is aan te rekenen dat het werkproces met betrekking tot de hersteladvies niet eerder is aangepast en dat niet voldoende is geluisterd naar geluiden van de hypotheekadviseurs dat een onwerkbaar systeem was gecreëerd. De tuchtcommissie acht aannemelijk dat verweerder niet de bedoeling heeft gehad de klant te benadelen.

Het klantbelang is echter ernstig tekort gedaan doordat in de administratie van de bank zich een ondertekend hersteladvies bevond met een handtekening die niet door de klant was gezet en zonder dat de klant daarvan op de hoogte was. Dit schaadt het vertrouwen dat de klant in het bankwezen moet kunnen stellen. Er is sprake van een bijzonder ernstige schending van de gedragsregels. Slechts een tijdelijk beroepsverbod vormt een passende maatregel. In beginsel zou een beroepsverbod voor de duur van drie maanden passend zijn. In verband met de bijzondere werkomstandigheden wordt afgeweken van dit uitgangspunt en wordt aan verweerder een beroepsverbod van 2 weken opgelegd.

De naam van verweerder wordt opgenomen in het tuchtregister van Stichting Tuchtrecht Banken dat voor aangesloten banken in te zien is als de uitspraak onherroepelijk is.

Download hier de volledige uitspraak: TRB-2018-3740-TC

Kopiëren van handtekeningen van klanten door bankmedewerker VI

TRB-2018-3807-TC
Tuchtcommissie, 17 augustus 2018

Deze beslissing maakt onderdeel uit van in totaal 10 soortelijke zaken waarin de tuchtcommissie op 17 augustus 2018 uitspraak heeft gedaan.

Verweerder  heeft twee hypotheekadviezen uitgebracht aan klanten van de bank. De klanten hebben de bij deze adviezen behorende slotverklaringen ondertekend.  Deze hypotheekadviezen dienden volgens een controleafdeling van de bank te worden verbeterd. Verweerder heeft deze verbeteringen verwerkt in hersteladviezen. Deze adviezen dienden, conform het geldende beleid van de bank, aan de klanten te worden gezonden. De klanten dienden de slotverklaringen bij deze hersteladviezen te ondertekenen en terug te sturen. Verweerder heeft de handtekeningen van de klanten op de oorspronkelijke slotverklaringen gekopieerd op de slotverklaringen die hoorden bij de hersteladviezen.

De tuchtcommissie is van oordeel dat verweerder heeft gehandeld in strijd met de gedragsregels door handtekeningen van klanten te kopiëren onder de slotverklaringen bij de hersteladviezen. Dit handelen kwalificeert niet als integer werken, is in strijd met de wet en andere regels die voor het werk bij de bank gelden, en schaadt het vertrouwen van de samenleving in de bank. De ingediende klacht wordt gegrond verklaard. Met betrekking tot de op te leggen maatregel overweegt de tuchtcommissie dat het de bank is aan te rekenen dat het werkproces met betrekking tot de hersteladviezen niet eerder is aangepast en dat niet voldoende is geluisterd naar geluiden van de hypotheekadviseurs dat een onwerkbaar systeem was gecreëerd. De tuchtcommissie acht aannemelijk dat verweerder niet de bedoeling heeft gehad klanten te benadelen.

Het klantbelang is echter ernstig tekort gedaan doordat in de administratie van de bank zich ondertekende hersteladviezen bevonden met handtekeningen die niet door de klanten waren gezet en zonder dat de klanten daarvan op de hoogte waren. Dit schaadt het vertrouwen dat de klant in het bankwezen moet kunnen stellen. Er is sprake van een bijzonder ernstige schending van de gedragsregels. Slechts een tijdelijk beroepsverbod vormt een passende maatregel. In beginsel zou een beroepsverbod voor de duur van drie maanden passend zijn. In verband met de bijzondere werkomstandigheden wordt afgeweken van dit uitgangspunt en wordt aan verweerder een beroepsverbod van 4 weken opgelegd.

De naam van verweerder wordt opgenomen in het tuchtregister van Stichting Tuchtrecht Banken dat voor aangesloten banken in te zien is als de uitspraak onherroepelijk is.

Download hier de volledige uitspraak: Dossier 3807 uitspraak Tuchtcommissie

Namaken van handtekeningen van klanten door bankmedewerker I

TRB-2018-37420-TC
Tuchtcommissie, 17 augustus 2018

Deze beslissing maakt onderdeel uit van in totaal 10 soortelijke zaken waarin de tuchtcommissie op 17 augustus 2018 uitspraak heeft gedaan.

Verweerster  heeft drie hypotheekadviezen uitgebracht aan klanten van de bank. De klanten hebben de bij deze adviezen behorende slotverklaringen ondertekend.  Deze hypotheekadviezen dienden volgens een controleafdeling van de bank te worden verbeterd. Verweerster heeft deze verbeteringen verwerkt in hersteladviezen. Deze adviezen dienden, conform het geldende beleid van de bank, aan de klanten te worden gezonden. De klanten dienden de slotverklaringen bij deze hersteladviezen te ondertekenen en terug te sturen. Verweerster heeft de handtekeningen van de klanten die op de oorspronkelijke slotverklaringen waren geplaatst nagemaakt en achter de hersteladviezen gevoegd.

De tuchtcommissie is van oordeel dat verweerster heeft gehandeld in strijd met de gedragsregels door handtekeningen van klanten na te maken. Dit handelen kwalificeert niet als integer werken, is in strijd met de wet en andere regels die voor het werk bij de bank gelden, en schaadt het vertrouwen van de samenleving in de bank. De ingediende klacht wordt gegrond verklaard. Met betrekking tot de op te leggen maatregel overweegt de tuchtcommissie dat het de bank is aan te rekenen dat het werkproces met betrekking tot de hersteladviezen niet eerder is aangepast en dat niet voldoende is geluisterd naar geluiden van de hypotheekadviseurs dat een onwerkbaar systeem was gecreëerd. De tuchtcommissie acht aannemelijk dat verweerster niet de bedoeling heeft gehad de klant te benadelen.

Het klantbelang is echter ernstig tekort gedaan doordat in de administratie van de bank zich ondertekende hersteladviezen bevonden met handtekeningen die niet door de klanten waren gezet en zonder dat de klanten daarvan op de hoogte waren. Dit schaadt het vertrouwen dat de klant in het bankwezen moet kunnen stellen. Er is sprake van een bijzonder ernstige schending van de gedragsregels. Hierom kan niet worden volstaan met een berisping, zoals door klager is voorgesteld, maar vormt slechts een tijdelijk beroepsverbod een passende maatregel. In beginsel zou een beroepsverbod voor de duur van drie maanden passend zijn. In verband met de bijzondere werkomstandigheden wordt afgeweken van dit uitgangspunt en wordt aan verweerster een beroepsverbod van 4 weken opgelegd.

De naam van verweerder wordt opgenomen in het tuchtregister van Stichting Tuchtrecht Banken dat voor aangesloten banken in te zien is als de uitspraak onherroepelijk is.

Download hier de volledige uitspraak: TRB-2018-3742-TC

Kopiëren van handtekening van klant door bankmedewerker II

TRB-2018-3746-TC
Tuchtcommissie, 17 augustus 2018

Deze beslissing maakt onderdeel uit van in totaal 10 soortelijke zaken waarin de tuchtcommissie op 17 augustus 2018 uitspraak heeft gedaan.

Verweerster  heeft een hypotheekadvies uitgebracht aan een klant van de bank. De klant heeft de bij dit advies behorende slotverklaring ondertekend.  Dit hypotheekadvies diende volgens een controleafdeling van de bank te worden verbeterd. Verweerster heeft deze verbetering verwerkt in een hersteladvies. Dit advies diende, conform het geldende beleid van de bank, aan de klant te worden gezonden. De klant diende de slotverklaring bij dit hersteladvies te ondertekenen en terug te sturen. Verweerster heeft de handtekening van de klant die op de oorspronkelijke slotverklaring was geplaatst, gekopieerd op de slotverklaring die hoorde bij het hersteladvies.

De tuchtcommissie is van oordeel dat verweerster heeft gehandeld in strijd met de gedragsregels door de handtekening van de klant te kopiëren onder de slotverklaring bij het hersteladvies. Dit handelen kwalificeert niet als integer werken, is in strijd met de wet en andere regels die voor het werk bij de bank gelden, en schaadt het vertrouwen van de samenleving in de bank. De ingediende klacht wordt gegrond verklaard. Met betrekking tot de op te leggen maatregel overweegt de tuchtcommissie dat het de bank is aan te rekenen dat het werkproces met betrekking tot de hersteladvies niet eerder is aangepast en dat niet voldoende is geluisterd naar geluiden van de hypotheekadviseurs dat een onwerkbaar systeem was gecreëerd. De tuchtcommissie acht aannemelijk dat verweerster niet de bedoeling heeft gehad de klant te benadelen.

Het klantbelang is echter ernstig tekort gedaan doordat in de administratie van de bank zich een ondertekend hersteladvies bevond met een handtekening die niet door de klant was gezet en zonder dat de klant daarvan op de hoogte was. Dit schaadt het vertrouwen dat de klant in het bankwezen moet kunnen stellen. Er is sprake van een bijzonder ernstige schending van de gedragsregels. Slechts een tijdelijk beroepsverbod vormt in dit verband een passende maatregel. In beginsel zou een beroepsverbod voor de duur van drie maanden passend zijn. In verband met de bijzondere werkomstandigheden wordt afgeweken van dit uitgangspunt en wordt aan verweerster een beroepsverbod van 2 weken opgelegd.

De naam van verweerder wordt opgenomen in het tuchtregister van Stichting Tuchtrecht Banken dat voor aangesloten banken in te zien is als de uitspraak onherroepelijk is.

Download hier de volledige uitspraak: TRB-2018-3746-TC

Kopiëren van handtekeningen van klanten door bankmedewerker II

TRB-2018-3774-TC
Tuchtcommissie, 17 augustus 2018

Deze beslissing maakt onderdeel uit van in totaal 10 soortelijke zaken waarin de tuchtcommissie op 17 augustus 2018 uitspraak heeft gedaan.

Verweerder  heeft een hypotheekadvies uitgebracht aan klanten van de bank. De klanten hebben de bij dit advies behorende slotverklaring ondertekend.  Dit hypotheekadvies diende volgens een controleafdeling van de bank te worden verbeterd. Verweerder heeft deze verbetering verwerkt in een hersteladvies. Dit advies diende, conform het geldende beleid van de bank, aan de klanten te worden gezonden. De klanten dienden de slotverklaring bij dit hersteladvies te ondertekenen en terug te sturen. Verweerder heeft de handtekeningen van de klanten op de oorspronkelijke slotverklaring gekopieerd op de slotverklaring die hoorde bij het hersteladvies.

De tuchtcommissie is van oordeel dat verweerder heeft gehandeld in strijd met de gedragsregels door handtekeningen van klanten te kopiëren onder de slotverklaring bij het hersteladvies. Dit handelen kwalificeert niet als integer werken, is in strijd met de wet en andere regels die voor het werk bij de bank gelden, en schaadt het vertrouwen van de samenleving in de bank. De ingediende klacht wordt gegrond verklaard. Met betrekking tot de op te leggen maatregel overweegt de tuchtcommissie dat het de bank is aan te rekenen dat het werkproces met betrekking tot de hersteladviezen niet eerder is aangepast en dat niet voldoende is geluisterd naar geluiden van de hypotheekadviseurs dat een onwerkbaar systeem was gecreëerd. De tuchtcommissie acht aannemelijk dat verweerder niet de bedoeling heeft gehad klanten te benadelen.

Het klantbelang is echter ernstig tekort gedaan doordat in de administratie van de bank zich een ondertekend hersteladvies bevond met handtekeningen die niet door de klanten waren gezet en zonder dat de klanten daarvan op de hoogte waren. Dit schaadt het vertrouwen dat de klant in het bankwezen moet kunnen stellen. Er is sprake van een bijzonder ernstige schending van de gedragsregels. Slechts een tijdelijk beroepsverbod vormt een passende maatregel. In beginsel zou een beroepsverbod voor de duur van drie maanden passend zijn. In verband met de bijzondere werkomstandigheden wordt afgeweken van dit uitgangspunt en wordt aan verweerder een beroepsverbod van 2 weken opgelegd.

De naam van verweerder wordt opgenomen in het tuchtregister van Stichting Tuchtrecht Banken dat voor aangesloten banken in te zien is als de uitspraak onherroepelijk is.

Download hier de volledige uitspraak: TRB-2018-3774-TC