Vertrouwelijke informatie buiten de bank gebracht

Deel deze pagina

Kern van de uitspraak

De melding ziet op een bankmedewerker die kort voordat hij de bank zou gaan verlaten, naar aanleiding van een reorganisatie, vertrouwelijke informatie (ongeoorloofd) buiten (de beveiligde omgeving van) de bank heeft gebracht. De informatie is door de bankmedewerker buiten de bank gebracht door deze te mailen van zijn zakelijk e-mailaccount naar zijn privé e-mailaccount.

Lees hieronder de samenvatting van de beslissing de Algemeen directeur of klik op de link voor de volledige beslissing TRB-2024-4885-AD, 5 november 2024.

Wat is het oordeel van de Algemeen directeur

De bank heeft een melding bij Tuchtrecht Banken ingediend, nadat uit een intern onderzoek bleek dat de (oud)bankmedewerker bankgegevens naar zijn privé e-mailadres had verstuurd. Het onderzoek heeft plaatsgevonden nadat de bankmedewerker al uit dienst was. De bank heeft de bankmedewerker schriftelijk verzocht tot verwijdering van de gegevens. Naast het indienen van de melding heeft de bank kennelijk geen aanleiding voor het treffen van eventuele overige maatregelen jegens de bankmedewerker, die toen al uit dienst was.

In zijn toelichting heeft de bankmedewerker aangegeven dat hem een deadline was gesteld voor het opschonen van zijn zakelijke laptop voor het veilligstellen van privé-documenten. Onder tijdsdruk heeft hij de schifting tussen de veilig te stellen privé-documenten en de daarvan te onderscheiden bankdocumenten abusievelijk een aantal tot deze laatste categorie behorende documenten er niet uit gefilterd zodat toen abusievelijk ook die documenten zijn meegezonden. Direct na constatering van dit laatste heeft de bankmedewerker de desbetreffende documenten verwijderd. Al met al is dus weliswaar sprake van het buiten (de beveiligde omgeving van) de bank brengen van bankinformatie maar zonder dat dit zijn intentie is geweest. Hij geeft aan dat hij scherper had dienen te zijn, maar dat hij wel te goeder trouw handelde. Daarnaast heeft de bankmedewerker aangegeven dat naar zijn mening de (daadwerkelijke) gevoeligheid van de informatie in kwestie dient te worden gerelativeerd.

De Algemeen directeur is van oordeel dat de bankmedewerker in strijd met de door hem in acht te nemen regels van de bank en niet integer en onzorgvuldig gehandeld, hetgeen een schending van (de gedragscode verbonden aan) de bankierseed (meer specifiek: gedragsregels 1, 4 en 5) oplevert.

In de visie van de Algemeen directeur maakt in ieder geval deze samenloop van punten (van – kort geduid – onzorgvuldigheid) dat weliswaar sprake is van  verzachtende omstandigheden, maar niet zodanig dat het aanleiding geeft om geheel af te zien van (iedere vorm van) tuchtrechtelijke sanctionering.

Hetgeen qua feitelijke (werk)omstandigheden in de periode voorafgaand aan zijn vertrek overigens nog naar voren is gebracht, zoals een hoge werkdruk (mede doordat hij in die periode zowel nog reguliere werkzaamheden alsook overdrachtswerkzaamheden diende te verrichten), maakt dat onvoldoende anders. Voorts betrekt de Algemeen directeur in zijn weging dat na constatering van de gemaakte fout is gehandeld zoals mocht worden verwacht, door de desbetreffende bankdocumenten te verwijderen en door zich open en toetsbaar op te stellen, zowel ten opzichte van de bank als ten opzichte van de Algemeen directeur.

De Algemeen directeur stelt een schikking voor in de vorm van een voorwaardelijke geldboete van € 500,-. De schikking is aanvaard.

De naam van de bankmedewerker is opgenomen in het register van Tuchtrecht Banken. Alleen de aangesloten banken kunnen het register raadplegen.