Individueel handelen bankmedewerkster

Deel deze pagina

Kern van de beslissing

De melder verwijt de bankmedewerkster valsheid in geschrifte te hebben gepleegd bij het geven van een opdracht aan een deurwaarder. Lees hieronder de samenvatting van de beslissing van de Algemeen directeur of klik op de link voor volledige beslissing TRB-2025-5132-AD, 23 januari 2025.

Wat is het oordeel van de Algemeen directeur

De Algemeen directeur geeft in zijn beslissing aan dat het bankentuchtrecht ziet op het persoonlijke gedrag van de (individuele) bankmedewerker in relatie tot (de uitoefening van) diens beroep.

De Algemeen directeur stel vast dat de melder al eerder twee meldingen heeft ingediend tegen dezelfde bankmedewerkster. Deze meldingen zijn bekend onder dossiernummers TRB-2024-4878-AD en TRB-2024-5070-AD. De drie meldingen vinden hun oorsprong in een privégeschil tussen de melder en zijn broers enerzijds en de (onderneming van de) partner van de bankmedewerkster anderzijds.

Uit de bij de melding gevoegde informatie blijkt dat de deurwaarder niet handelt in opdracht van de bankmedewerkster maar in opdracht van de onderneming van de partner van de bankmedewerkster. Op welke wijze de bankmedewerkster (middels eigen handelen) betrokken zou zijn bij welke opdracht aan de deurwaarder dan ook, volgt niet uit de melding. Omdat een concrete onderbouwing aan de melding ontbreekt en de melding dus niet voldoet aan de minimale vereisten van artikel 2.1.1 van het Tuchtrechtreglement Bancaire Sector, ziet de Algemeen directeur geen aanleiding om de melding nader te onderzoeken en te sluiten.