TRB-2018-3924H
In de melding wordt geklaagd over de wijze waarop de bankmedewerker – advocaat in loondienst van de bank – zou hebben gehandeld gedurende de onderhandeling voorafgaand aan de beëindiging van het dienstverband bij de bank van de melder.
De Algemeen Directeur heeft geen onderzoek naar de melding verricht nu de melding hoofdzakelijk een arbeidsrechtelijk conflict betreft. Daarnaast is niet gebleken dat de bankmedewerker gedurende de onderhandelingen heeft gehandeld in strijd met de bankierseed. Melder heeft van deze beslissing herziening gevraagd bij de Voorzitter van de Tuchtcommissie. Hiertoe heeft de melder verschillende formele en materiële gronden aangevoerd. Het verzoek tot herziening wordt afgewezen.
Download hier de beslissing van de Algemeen Directeur van 4 april 2018: 3924 beslissing AD Download hier de herzieningsbeslissing van 7 mei 2018: 3924 herzieningsbeslissing