TRB-2016-3572-HV
De klacht van de melder valt uiteen in twee gronden. Allereerst ziet de melding op de aansprakelijkheid van de bank inzake de executoriale verkoop van de woning van melder. Daarnaast klaagt de melder dat hij op grond van art. 35 Wbp van de bank geen inzage heeft gekregen in zijn dossier. De Algemeen directeur heeft de melding afgewezen, omdat beide in de melding verwoorde klachten civielrechtelijke kwesties betroffen, terwijl het tuchtrecht niet bedoeld is civielrechtelijke kwesties te beslechten. Voorts is niet gebleken dat de beëdigde de Gedragscode heeft geschonden. Het herzieningsverzoek – waarin door melder onder meer is bepleit dat de Gedragscode is geschonden wegens niet naleving van art. 35 Wbp, is afgewezen – omdat niet blijkt van een aanwijzing dat sprake is van tuchtrechtelijk verwijtbaar gedrag.
Download hier de herzieningsuitspraak: TRB-2016-3572-HV Download hier de beslissing van de Algemeen directeur: TRB-2016-3571-AD