Uitspraak Tuchtcommissie Banken, TRB-2023-4775, 26 juli 2023
Verweerster heeft bij herhaling ongeoorloofd rekeninggegevens bekeken van enkele rekeninghouders uit haar privékring, onder wie haar ex-echtgenoot en zijn bedrijf.
Verweerster heeft in strijd met de binnen de bank geldende regels gehandeld. In deze gedragsregels van de bank staat onder meer dat het niet is toegestaan interne systemen van de bank te gebruiken om persoonlijke informatie (zoals rekeningen of informatie over transacties) van klanten te raadplegen, tenzij dat noodzakelijk is voor het werk. De tuchtcommissie oordeelt dat het handelen van verweerster niet integer is.
Met haar gedragingen heeft verweerster de gedragsregels 1 en 4 van de aan de bankierseed verbonden gedragscode geschonden. Voor wat betreft de daarvoor op te leggen tuchtmaatregel weegt de Tuchtcommissie in matigende zin onder meer mee dat vanwege die tuchtrechtelijk verwijtbare handelingen van verweerster haar dienstverband van ruim twee decennia is geëindigd.
Alles overwegende, acht de Tuchtcommissie het in dit geval passend en geboden dat aan verweerster een beroepsverbod voor de duur van één maand wordt opgelegd.
De naam van de bankmedewerker is opgenomen in het register van Tuchtrecht Banken. Alleen de aangesloten banken kunnen het register raadplegen.
Bovenstaande is een samenvatting van de uitspraak. Lees hier de uitspraak als je alle achtergronden wilt weten.
Het zonder zakelijke aanleiding bekijken van andermans rekeningen, maar ook eigen rekeningen is niet toegestaan. Niettemin is het een veelvoorkomende vorm van schending van de bankierseed. Rekeninggluren leidt in bijna alle gevallen tot een melding door de bank en oplegging van een maatregel.