Zelfverrijking; geld van de bank naar privé overgeboekt

Zelfverrijking; geld van de bank naar privé overgeboekt

Uitspraak Tuchtcommissie Banken, TRB-2024-4869-TC, 27 maart 2024

Kern van de uitspraak

Na een melding vanuit de bank inzake uitgekeerde coulancevergoedingen is de bank een onderzoek gestart. Uit onderzoek van de bank is gebleken dat de bankmedewerkster drie maal een coulancevergoeding van € 200,- via een tussenrekening aan zichzelf heeft overgemaakt. De overboekingen vonden plaats op 8, 12 en 16 december 2022. De op de rekening van de bankmedewerkster ontvangen geldbedragen zijn besteed aan diverse betalingen middels betaalautomaten.

De bankmedewerkster was van 26 juli 2022 tot 21 december 2022 in dienst van de bank. De bankierseed werd op 10 oktober 2022 afgelegd.

Op 20 december 2022 heeft de bankmedewerkster in een gesprek met de bank een verklaring afgelegd. Zij heeft verklaard dat zij een coulance betaling moest doen voor een klant buiten de bank. Omdat zij nog niet eerder coulancevergoedingen had uitgekeerd, heeft ze een collega om uitleg gevraagd. Daarop, zo geeft ze aan- heeft ze nog een proefbetaling klaargezet  naar een eigen (slapende) rekening. Per abuis is het geld ook daadwerkelijk overgemaakt. Het was nimmer haar bedoeling daadwerkelijk een overboeking te doen naar haar eigen rekeningnummer.

Wat is het oordeel van de tuchtcommissie

De tuchtcommissie oordeelt dat de gedragsregels 1, 4, 6 en 7 van de aan de bankierseed verbonden Gedragscode zijn geschonden.

De tuchtcommissie rekent het de bankmedewerkster zwaar aan dat zij haar bevoegdheden heeft misbruikt om zichzelf te verrijken. Dergelijk handelen is niet integer en zowel in strijd met de wet als met de regels die voor het werken bij de bank gelden. Verder schaadt deze handelswijze het vertrouwen dat de samenleving moet kunnen hebben in de bank en haar medewerkers., aldus de tuchtcommissie.

Alles overwegende acht de tuchtcommissie het dan ook passend en geboden dat aan de bankmedewerkster een beroepsverbod voor de duur van een jaar wordt opgelegd.

Bovenstaande is een samenvatting van de uitspraak, klik op deze link voor de volledige uitspraak.

De naam van de bankmedewerkster is opgenomen in het register van Tuchtrecht Banken. Alleen de aangesloten banken kunnen het register raadplegen.

Eerdere artikelen en vergelijkbare uitspraken

De afgelopen jaren zijn er een aantal Klachten voorgelegd aan de tuchtcommissie die betrekking hadden op het verduisteren van gelden door bankmedewerkers. In het oog springende voorvallen waren bijvoorbeeld TRB-2022-4580-TC en TRB-2022-4581-TC.

Kopiëren handtekening klant onder hypotheekofferte

Kopiëren handtekening klant onder hypotheekofferte

Uitspraak Tuchtcommissie Banken, TRB-2024-4802-TC, 27 maart 2024

Kern van de uitspraak

De bankmedewerkster stelt op verzoek van een klant van de bank twee hypotheekoffertes op. De eerste is gedateerd op 27 januari 2022, de tweede op 15 februari 2022. De klant laat weten dat hij de offerte met datum 15 februari 2022 accepteert. Hierna verneemt de klant niets meer, waarop hij contact opneemt met de bankmedewerkster. Deze stuurt de offerte alsnog intern door voor verdere afhandeling. Echter dan blijkt dat het handtekeningblad van de offerte van 27 januari 2022 is bijgevoegd. De bankmedewerkster verbetert de aanvraag op 22 april 2022 en kopieert de handtekening van de klant in de aanvraag, in plaats van de klant opnieuw te laten tekenen.

De bankmedewerkster heeft erkend dat zij de handtekening van de klant digitaal heeft geknipt en op het andere handtekeningenblad heeft geplakt. Dit deed zij in het kader van een experiment om te kijken hoe dat eruit komt te zien en hoe snel dat door haar zelf gesignaleerd zou kunnen worden. Het was niet de bedoeling de aangepaste offerte (met gekopieerde handtekening in te dienen. Zij geeft aan niet bewust zo te hebben gehandeld, laat staan dat het was om een fout te verhullen. Het was puur pech.

Verder stelt de bankmedewerkster dat zij destijds onder hoge werkdruk stond. Ze was met veel dossiers van klanten tegelijk bezig en was ook verantwoordelijk voor dossiers van een collega die uitgevallen was. De dossiers moesten ook tijdig afgehandeld worden.

Wat is het oordeel van de tuchtcommissie

De tuchtcommissie is van oordeel dat de bankmedewerkster de gedragsregels 1, 4 en 7 heeft overtreden, door buiten medeweten van de klant van de bank handtekeningen uit een oude  – reeds vervallen – offerte te kopiëren en te plakken in de nieuwe offerte. Daardoor leek het alsof de klant van de bank zelf deze nieuwe offerte heeft ondertekend, terwijl dit in werkelijkheid niet het geval was.

De verklaring van de bankmedewerkster dat zij handtekeningen van klanten van de bank kopieerde en in andere offertes plakte om sneller gekopieerde en geplakte handtekeningen te kunnen signaleren en dat het niet de bedoeling was om deze aangepaste offerte op te slaan en in te dienen, komt de tuchtcommissie ongeloofwaardig voor.

De tuchtcommissie legt (nogmaals) uit waarom het kopiëren van handtekeningen in strijd is met de bankierseed en de daaraan verbonden gedragsregels.

‘Klanten van een bank moeten er te allen tijde op kunnen vertrouwen dat op een integere manier wordt omgegaan met informatie en documenten die zij aan de bank verstrekken. Door ondertekening van een stuk staan klanten in voor de juistheid van de door hen verstrekte informatie. De handelwijze van de bankmedewerkster raakt daarmee de kern van het vertrouwen dat door klanten in de bank mag worden gesteld. De bankmedewerkster is immers voorbijgegaan aan het feit dat de bank en overige betrokkenen moeten kunnen uitgaan van de authenticiteit van stukken’.

Als maatregel legt de tuchtcommissie een beroepsverbod van twee maanden op waarvan een maand voorwaardelijk.

Dit is een samenvatting van de uitspraak, klik op deze link voor de uitspraak en om de volledige overwegingen van de tuchtcommissie na te lezen.

 De naam van de bankmedewerkster is opgenomen in het register van Tuchtrecht Banken. Alleen de aangesloten banken kunnen het register raadplegen.

Eerdere artikelen en vergelijkbare uitspraken

In 2019 heeft de Tuchtcommissie Banken in meer dan zestig zaken waarin sprake was van het kopiëren van handtekening in hypotheekdossiers. Lees hier het persbericht waarin uitleg wordt gegeven over het ongeoorloofd kopiëren van handtekeningen onder (hypotheek)offertes.

Niet opgeven nevenactiviteiten, diverse uiteenlopende malversaties

Niet opgeven nevenactiviteiten en diverse uiteenlopende malversaties, waaronder die met verzekeringen

Uitspraak Tuchtcommissie Banken, TRB-2024-4796-TC, 27 03-2024

Kern van de uitspraak

Over de bankmedewerker is door de bank een melding ingediend over diverse gedragingen die naar het oordeel van de bank in strijd zijn met de gedragsregels behorende bij de bankierseed. De Algemeen directeur heeft deze als volgt verwoord.

  • verweerder niet al zijn (betaalde) nevenactiviteiten bij de bank heeft geregistreerd;
  • verweerder voor een onderneming die niet van hem is, een (aanzienlijk) aantal verzekeringen voor auto’s heeft aangevraagd, waarbij verweerder de indruk heeft gewekt een autobedrijf te bezitten. Verweerder informeerde tevens naar de verzekering voor luxe horloges;
  • verweerder in strijd met de algemene voorwaarden voor hypotheken zijn – door de bank gefinancierde – woning zonder schriftelijke toestemming van de bank aan een onbekende heeft verhuurd. Tijdens deze verhuur is een hennepkwekerij in het huis aangetroffen;
  • de bank naar aanleiding van de constatering onder (ii) een klantonderzoek is gestart waarbij is gevraagd naar een verklaring voor en documentatie van ongeveer 72 transacties. Verweerder heeft geen toereikende informatie overgelegd;
  • verweerder door een verzekeringsmaatschappij over een vermoeden van verzekeringsfraude is gehoord;
  • verweerder bij bovengenoemde zaken intensief gebruik heeft gemaakt van het zakelijk e-mailadres van de bank en dat hij een aantal e-mails voorzien heeft van zijn zakelijke handtekening van de bank.

De bankmedewerker heeft zowel in de gesprekken met de bank, met het bureau van de Algemeen directeur als ter zitting bij de tuchtcommissie verklaard dat de werkzaamheden van korte duur niet als nevenactiviteiten zijn aan te merken. De woning was niet verhuurd maar voor een overbruggingsperiode ter beschikking gestel daarnaast geeft hij aan dat hij de bank alle informatie heeft gegeven over de financiële transacties en dat hij niet wis dat hij zijn zakelijk e-mailadres niet mocht gebruiken voor privédoeleinden. Voor deze laatste gedraging heeft hij spijt betuigd.

Wat is het oordeel van de tuchtcommissie

De tuchtcommissie is van oordeel dat de bankmedewerker de gedragsregels 1, 4, 6 en 7 heeft geschonden. Bij het bepalen van de maatregel overweegt de tuchtcommissie dat de bankmedewerker de verwijten van klager grotendeels heeft erkend, zij het dat hij daar een aantal kanttekeningen bij heeft geplaatst. Wat daar ook van zij, de bankmedewerker heeft met – de optelsom van – zijn gedragingen, stelselmatig het risico genomen en/of het risico laten ontstaan dat activiteiten plaatsvonden waarmee de bank in diskrediet is gebracht.

Bij het bepalen van de duur van het beroepsverbod heeft de tuchtcommissie in het nadeel van de bankmedewerker meegewogen dat op zitting niet is gebleken dat de bankmedewerker het kwalijke van zijn handelen inziet en daarvoor zijn verantwoordelijkheid neemt. De tuchtcommissie acht de veelheid en de diverse aard van de ongewenste gedragingen, als een uiting waarbij het geheel meer is dan de som der delen. Oftewel, het betreft herhaaldelijk op diverse gebieden verwijtbaar gedrag, waarbij ook ter zitting niet of onvoldoende inzicht in de verwijtbaarheid is getoond door de bankmedewerker. Met dit handelen is een risico ontstaan voor het schaden van het vertrouwen in de bank en de bancaire sector als geheel. De tuchtcommissie legt aan de bankmedewerker een beroepsverbod op voor de duur van twaalf maanden.

Bovenstaande is een samenvatting van de uitspraak. Klik op deze link voor de uitspraak.

De naam van de bankmedewerker is opgenomen in het register van Tuchtrecht Banken. Alleen de aangesloten banken kunnen het register raadplegen.

Verwijzing naar eerdere vergelijkbare uitspraken

De Tuchtcommissie Banken heeft eerder geoordeeld over bankmedewerkers die hun nevenactiviteiten niet hadden opgegeven. Waarom moeten nevenactiviteiten worden opgegeven en wat zijn de risico’s? Lees hiervoor ons blog “Nevenactiviteiten en belangenverstrengeling: een casuïstisch duo”.

Uit nieuwsgierigheid rekeningen raadplegen

Uit nieuwsgierigheid rekeningen raadplegen

Uitspraak Tuchtcommissie Banken, TRB-2024-4774-TC, 27 maart 2024

Kern van de uitspraak

Uit nieuwsgierigheid heeft de bankmedewerker rekeningen bekeken van zijn ex-partner, haar nieuwe echtgenoot, zijn minderjarig kind en zakelijke rekeningen van zijn ex-partner en haar echtgenoot.

Wat is het oordeel van de tuchtcommissie

De Tuchtcommissie Banken is van oordeel dat de regels 1, 4, 6 en 7 van de Gedragscode zijn geschonden. De klacht is gegrond. Naar het oordeel van de tuchtcommissie vormt de oplegging van een aanwijzing dat de bankmedewerker een periode niet werkzaam mag zijn in de bancaire sector de enige passende maatregel. Daarbij speelt een rol dat de financiën van klanten (waaronder hun financiële positie en inzicht in hun inkomsten en uitgaven) veel informatie prijsgeven over het persoonlijke leven van die klanten, waarmee deze informatie uiterst privacygevoelig is. Het zonder zakelijke aanleiding bekijken van die gegevens is een schending van de bankierseed.

De tuchtcommissie weegt in het nadeel van de bankmedewerker dat hij zich niet toetsbaar heeft opgesteld. Hij heeft niet gereageerd op de uitnodiging van de algemeen directeur van Tuchtrecht Banken voor een gesprek en hij is uit Nederland vertrokken zonder een post- en/of verblijfadres in het buitenland kenbaar te maken. Daar tegenover staat dat uit de melding van de bank noch uit het onderzoek van de bank is gebleken dat de bankmedewerker de informatie uit de rekeninggegevens met derden heeft gedeeld of anderszins heeft gebruikt.

De Tuchtcommissie Banken legt als maatregel een beroepsverbod van drie maanden op. Wil je de hele uitspraak lezen? Klik dan op deze link.

De naam van de bankmedewerker is opgenomen in het register van Tuchtrecht Banken. Alleen de aangesloten banken kunnen het register raadplegen.

Recente artikelen en vergelijkbare uitspraken

Het zonder zakelijke aanleiding rekeninggegevens bekijken, ook wel rekeninggluren genoemd, is een veel voorkomende schending van de bankierseed. Bankmedewerkers geven diverse uiteenlopende rekeningen aan waarom zij besloten de rekeningen van anderen te bekijken. Bekijk deze uitspraak waarin een bankmedewerkster gedurende lange tijd ongeoorloofd rekeningen bekeek. Meer vergelijkbare gevallen kan je via de zoekfunctie op deze website vinden.

Fraudeleus handelen bij aanvraag van een persoonlijke lening

Fraudeleus handelen bij aanvraag van een persoonlijke lening

Uitspraak Tuchtcommissie Banken, TRB-2024-4764-TC, 21 februari 2024

Kan een bankmedewerker worden aangesproken op het fraudeleus handelen bij het aanvragen van een lening bij een bank waar hij niet werkzaam is?

De bankmedewerker wil een persoonlijke lening afsluiten. Hiervoor gaat hij niet naar de bank waarvoor hij werkt, maar een andere bank. Om een lening te krijgen moet inzage gegeven worden in financiële draagkracht. Bij de aanvraag van de lening worden door de bankmedewerker rekeningafschriften meegezonden. Deze afschriften zijn door de bankmedewerker vervalst, waardoor een beter beeld van zijn financiële draagkracht blijkt dan er in werkelijkheid is. De bank waar de aanvraag is ingediend, zag al snel dat er wijzigingen in het rekeningafschrift waren aangebracht. Om hierover meer duidelijkheid te verkrijgen, vraagt de fraudeafdeling van de bank informatie op bij de bank van de aanvrager (die dus tevens zijn werkgever is). Uit de navraag blijkt dat de bankmedewerker het rekeningafschrift heeft vervalst.

Dit gegeven leidt ertoe dat ook de eigen bank een onderzoek opstart. Uit dit onderzoek blijkt dat het originele afschrift van de betaalrekening van de bankmedewerker vanaf zijn privé e-mailadres naar zijn zakelijke e-mailadres is gezonden, waarna dit afschrift door hem middels het door de bank beschikbaar gestelde programma Adobe Acrobat is gewijzigd. Vervolgens heeft hij het vervalste afschrift naar zijn privé e-mailadres gezonden. Daarna heeft hij de aanvraag voor de lening ingediend.

Wat is het oordeel van de tuchtcommissie

De Tuchtcommissie is van oordeel dat de bankmedewerker bankafschriften heeft vervalst om zodoende het aanvraagproces voor een privé-krediet te versnellen. Hierbij heeft hij het systeem van de bank gebruikt. Het (privé-)handelen van de bankmedewerker heeft voldoende raakvlakken met het werken bij de bank om te kunnen worden getoetst aan de bankierseed. De gedragsregels 1, 4 en 7 behorende bij de bankierseed geschonden.

Het handelen van verweerder is een ernstige schending van de bankierseed omdat de bankmedewerker door frauduleus handelen, het vervalsen van een bankafschrift, heeft geprobeerd sneller een krediet te verkrijgen. Hij heeft daarbij het systeem van de bank gebruikt. Dit handelen past in het geheel niet bij hetgeen van een bankmedewerker wordt verwacht. Daarom kan niet met een voorwaardelijk beroepsverbod worden volstaan. De persoonlijke omstandigheden van verweerder ten tijde van de verweten gedragingen en de gevolgen die het handelen voor verweerder heeft gehad wegen niet voldoende zwaar om anders te oordelen.

De Tuchtcommissie Banken legt als maatregel een onvoorwaardelijk beroepsverbod van 3 maanden op. De gehele uitspraak kan je hier lezen.

De naam van de bankmedewerker is opgenomen in het register van Tuchtrecht Banken. Alleen de aangesloten banken kunnen het register raadplegen.

 

Vertrouwelijke informatie van de bank (onbeveiligd) verzonden naar privé e-mailadres

Vertrouwelijke informatie van de bank (onbeveiligd) verzonden naar privé e-mailadres

Uitspraak Tuchtcommissie Banken, TRB-2024-4857-TC, 24 januari 2024

Kern van de uitspraak

De bankmedewerker heeft in de periode van 30 juni 2022 tot en met 11 juli 2022 in totaal 873 bestanden via zijn zakelijke e-mailadres verzonden naar zijn privé-emailadres. Van deze bestanden hebben 705 documenten een zakelijk karakter en de inhoud daarvan is daarom van vertrouwelijke aard.

In de procedure heeft de bankmedewerker verklaard geen bewuste selectie te hebben gemaakt van de bestanden. Hij heeft een hele map met daarin alle bestanden naar zijn privé e‑mailadres verstuurd. Er speelde op dat moment veel in zijn leven, waaronder de aankondiging van zijn boventalligheid en ingrijpende privéomstandigheden. Naar zijn zeggen heeft hij toen in een opwelling gehandeld.

Wat is het oordeel van de tuchtcommissie

De tuchtcommissie is van oordeel dat de bankmedewerkster met haar handelen de gedragsregels 1, en 4 van de aan de bankierseed verbonden gedragscode heeft geschonden.

De tuchtcommissie is van oordeel dat verweerder de bankierseed heeft geschonden door vertrouwelijke informatie van de bank (onbeveiligd) te verzenden naar zijn privé e-mailadres. Dit handelen is niet alleen niet integer en niet zorgvuldig, maar ook in strijd met de regels waaraan verweerder zich diende te houden. Het verweer dat hij de gegevens niet heeft gebruikt en weer heeft verwijderd, doet hier niet aan af. Ook het verweer van verweerder dat hij de informatie na zijn uitdiensttreding bij de bank als naslagwerk wenste te gebruiken en over de informatie wilde beschikken om aan zijn certificeringsverplichting als [functie] te blijven voldoen, kunnen zijn handelen niet rechtvaardigen.

Naar het oordeel van de tuchtcommissie is de oplegging van een aanwijzing dat verweerder een periode niet werkzaam mag zijn in de bancaire sector in beginsel geboden. Echter, gelet op de specifieke feiten en omstandigheden van dit geval acht de tuchtcommissie een beroepsverbod niet passend.

De tuchtcommissie neemt van verweerder aan dat het versturen van de vertrouwelijke informatie van de bank naar zijn privé e‑mailadres in een opwelling is gebeurd, nadat hij te horen had gekregen dat hij boventallig verklaard zou worden. Zijn handelen was bovendien mede ingegeven door het in de toekomst kunnen blijven voldoen aan zijn verplichtingen. De tuchtcommissie legt een geldboete op van € 500,-

Lees voor de volledige motivering van de tuchtcommissie de uitspraak.

In de oorspronkelijke uitspraak staat een foutieve datum. De tuchtcommissie heeft in haar hersteluitspraak van 13 mei 2024 dit onderkend en verbeterd.

De naam van de bankmedewerkster is opgenomen in het register van Tuchtrecht Banken. Alleen de aangesloten banken kunnen het register raadplegen.

 

Niet opzettelijk vertrouwelijke informatie over justitieel onderzoek delen met klant

Niet opzettelijk vertrouwelijke informatie over justitieel onderzoek delen met klant

Uitspraak Tuchtcommissie Banken, TRB-2023-4847-TC, 25 oktober 2023

Kern van de uitspraak

De bankmedewerker heeft aan een klant, van wie hij accountmanager was, medegedeeld dat het ingestelde klantonderzoek van de bank voortgekomen is uit een justitieel (strafrechtelijk) onderzoek. Omdat het vertrouwelijke informatie betrof, had de bankmedewerker deze informatie niet mogen delen met de klant of anderen. Is er sprake van schending van de bankierseed? En zo ja, welke maatregel moet er dan worden opgelegd?

Wat is het oordeel van de tuchtcommissie?

De Tuchtcommissie is van oordeel dat de bankmedewerker handelde in strijd met regelgeving. Dit handelen van verweerder levert derhalve een schending van de aan de bankierseed verbonden gedragsregels 1, 4 en 5 op en dus is de tuchtklacht (op zich) gegrond.

Bij het bepalen van de eventueel op te leggen maatregel overweegt de tuchtcommissie dat uit de context van de feiten is gebleken dat het hier een ‘slip of the tongue’ betreft en dat dit (onbedoelde, onhandige) handelen van verweerder in strijd is met de regelgeving en niet zorgvuldig en integer is geweest. Echter gezien de omstandigheden van het geval – waaronder dat verweerder geleidelijk in een (communicatief lastige) situatie is gekomen die uiteindelijk tot de eenmalige ‘slip of the tongue’ heeft geleid – ziet de tuchtcommissie in dit geval geen aanleiding om daarvoor aan verweerder een tuchtrechtelijke maatregel op te leggen.

Bovenstaande is een samenvatting van de uitspraak. Lees de uitspraak als je alle achtergronden wilt weten.

Komt het vaker voor dat een Klacht wel gegrond wordt verklaard en er geen maatregel wordt opgelegd?

Als een Klacht gegrond is dan leidt dat meestal tot oplegging van een maatregel, maar dat is niet altijd het geval. Bijvoorbeeld als de tuchtcommissie vindt dat er verzachtende omstandigheden aanwezig zijn. Zoals ook in de uitspraak over de bankmedewerker die enkele malen de banksystemen gebruikte om klachten aan te maken voor kwesties waarbij zijn echtgenote partij was.

Belangenverstrengeling en zelfverrijking

Belangenverstrengeling en zelfverrijking

Uitspraak Tuchtcommissie Banken, TRB-2024-4843-TC, 24 januari 2024

Verweerder heeft in de periode dat hij werkzaam was voor de bank zijn eigen zakelijke belangen behartigd en zijn nevenactiviteiten niet volledig opgegeven bij de bank.

Kern van de uitspraak: de bankierseed is in ernstige mate geschonden

Verweerder gebruikte niet alleen de systemen van de bank voor zijn nevenactiviteiten maar benaderde ook klanten van de bank en haalde hen op een listige manier over om grote geldbedragen naar zijn privérekening over te maken. Verweerder is daarbij doelbewust en manipulatief te werk gegaan en heeft twee klanten van de bank grote geldbedragen afhandig gemaakt door hen te vertellen dat hij deze geldbedragen voor hen zou investeren en zij daaraan zouden verdienen.

Wat is het oordeel van de tuchtcommissie

Verweerder heeft voor zijn eigen zakelijke belangen gebruik gemaakt van de systemen van de bank en daarnaast ook door de gedragsregels 1, 2, 3, 4, 6 en 7 niet in acht te nemen. Verweerder heeft in onderhavige zaak calculerend gedrag vertoont. Van berouw, zelfinzicht of enig bewustzijn is niets gebleken. Alles overwegende heeft de Tuchtcommissie Banken  een beroepsverbod van de maximaal mogelijke duur, te weten van 3 jaar, opgelegd.

De naam van verweerster is opgenomen in het register van Tuchtrecht Banken. Alleen de aangesloten banken kunnen het register raadplegen.

De uitspraak vind je hier.

Recente artikelen en vergelijkbare uitspraken

De Tuchtcommissie Banken heeft al eerder een beroepsverbod van 36 maanden (drie jaar) opgelegd, die uitspraak vind je hier.

Vertrouwelijke gegevens buiten de bank gebracht

Vertrouwelijke gegevens buiten de bank gebracht

Uitspraak Tuchtcommissie Banken: TRB-2023-4682-TC,  22 november 2023

Verweerder heeft de bankierseed geschonden door vertrouwelijke informatie van de bank (onbeveiligd) naar zijn privé emailadres te verzenden.

Kern van de uitspraak: vertrouwelijk informatie naar privé mailadres is niet te rechtvaardigen

Verweerder heeft vertrouwelijke informatie van de bank naar zijn privé mailadres gestuurd. Dit handelen is niet integer en niet zorgvuldig en bovendien in strijd met de bankregels. Het verweer dat hij de gegevens niet heeft gebruikt doet hier niet aan af. Ook de onzekerheid waarin verweerder zegt te hebben verkeerd na boventallig te zijn verklaard, kan zijn handelingen niet rechtvaardigen.

Uitspraak en opgelegde maatregel: gedragsregel 1, 4 en 5 geschonden, beroepsverbod

De Tuchtcommissie Banken oordeelt dat verweerder de aan de bankierseed verbonden gedragsregels 1, 4 en 5 heeft geschonden. De tuchtcommissie legt, alles overwegende, verweerder een beroepsverbod van drie maanden op.

De naam van verweerder is opgenomen in het register van Tuchtrecht Banken. Alleen de aangesloten banken kunnen het register raadplegen.

De uitspraak vind je hier.

Onjuiste urendeclaraties

Onjuiste urendeclaraties

Tuchtcommissie, TRB-2023-4859-TC, 22 november 2023

Verweerster heeft langdurig onjuiste declaraties ingediend een heeft hiermee € 7.426,60 aan extra inkomen gegenereerd.

Kern van de uitspraak: weloverwogen onjuiste declaraties ingediend, zelfverrijking

Verweerster heeft twintig weken lang bij het uitzendbureau foutieve declaraties ingediend, waardoor de bank voor € 13.024,84 is benadeeld en verweerster onterecht € 7,426,60 (bruto) heeft ontvangen.

Wat is het oordeel van de Tuchtcommissie Banken

De tuchtcommissie oordeelt dat verweerster bij het verrichten van haar handelingen weloverwogen en slinks te werk is gegaan. Bij het bepalen van de aard en de eventuele duur van de maatregel heeft de tuchtcommissie in het nadeel van verweerster meegewogen: de relatief lange duur van de tuchtrechtelijk verwijtbare handelingen, de hoogte van het onterecht ontvangen (bruto) bedragen de mate van bewustheid en slinksheid waarmee verweerster de handelingen heeft verricht.
Verweerster heeft namelijk weloverwogen gehandeld. Ze heeft haar werkwijze uitgeprobeerd en nadat deze bleek te lukken de ploegentoeslag alleen gedeclareerd in het systeem van het uitzendbureau en niet tevens in het systeem van de bank.

Verweerster heeft zich door op deze wijze te handelen niet integer gehandeld en zich niet gehouden aan de wet en regels die gelden voor het werken bij de bank. De tuchtcommissie stelt vast dat de gedragsregels 1 en 4 zijn geschonden en legt aan verweerster een beroepsverbod op van 15 maanden.

De naam van verweerster is opgenomen in het register van Tuchtrecht Banken. Alleen de aangesloten banken kunnen het register raadplegen.

Klik op de link voor de uitspraak van de tuchtcommissie.